dinsdag 31 januari 2017
Nederlander bouwt app waarmee doven gesprekken kunnen volgen
Afgelopen zomer werd de Amerikaanse Paul doof. Zijn gehoor verslechterde al een tijdje, maar tijdens die warme zomerdagen kon hij voor de eerste keer zijn vrouw niet meer verstaan. Ava bood hulp: de woorden van zijn vrouw verschenen op het scherm van zijn smartphone. Ava is bedacht door Doevendans en de Franse Thibault Duchemin. De ouders en zus van Duchemin zijn doof, en hij weet als geen ander met welke problemen doven en slechthorenden te maken hebben.
maandag 30 januari 2017
Inschrijving Nationale Zorginnovatieprijs 2017 geopend
Ondernemers kunnen hun zorginnovaties via zorginnovatie.nl aanmelden voor de Nationale Zorginnovatieprijs 2017. De Nationale Zorginnovatieprijs is een jaarlijks terugkerend initiatief van Stichting Zorginnovatie Nederland en haar partners om scale-ups in de zorg- en welzijnssector te steunen. De winnaar ontvangt een geldbedrag van € 15.000, - om zijn bedrijf verder te ontwikkelen. De uitreiking vindt plaats tijdens het Health Valley Event 2017 op donderdag 9 maart in Nijmegen.
Veel partijen zijn op zoek naar ideeën of innovaties om hun zorgverlening te verbeteren, om ze verder te helpen ontwikkelen of om in te investeren. Andersom zijn innovatieve ondernemers of startups vaak op zoek naar partners. "En dan komen wij in beeld", aldus Marc Kalf, voorzitter Stichting Zorginnovatie Nederland. " Vanuit ons online platform ZorgInnovatie.nl helpen wij vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Innoveren doe je immers samen. Door actieve matchmaking versnellen we innovatie in zorg en welzijn. Met de Zorginnovatieprijs geven we daar voor één veelbelovende partij nog een extra boost aan."
In 2016 won de ScopeControl van Dovideq medical de zorginnovatieprijs. Dovideq kreeg de innovatieprijs toegekend omdat het met de ScopeControl 's werelds eerste volledig automatische testapparaat voor endoscopen op de markt heeft gebracht. ScopeControl kan binnen twee minuten defecte of twijfelachtige endoscopen herkennen; met deze innovatie vergroot het bedrijf niet alleen de veiligheid van de patiënt, maar gaat het ook vertragingen in de operatiekamer tegen en verlaagt het de reparatie- en overall-kosten. Jan Carel Teding van Berkhout, Dovideq medical: "Het winnen van de Nationale Zorginnovatieprijs gaf ons behalve een mooi geldbedrag enorm veel publiciteit. Daarnaast gaf het ons toegang tot een relevant netwerk, waardoor we ScopeControl met succes konden doorontwikkelen."
Bedrijven die willen meedingen naar de prijs moeten aan een aantal richtlijnen voldoen. Zo moet hun innovatie al gevalideerd en geïmplementeerd zijn en moet de ondernemer de bedrijfsvoering zelf op zich kunnen nemen. Bovendien moet de innovatie een aantoonbaar duurzaam verdienmodel opleveren en geschikt zijn voor in ieder geval de Nederlandse markt.
De inschrijving voor de Nationale Zorginnovatieprijs loopt tot vrijdag 24 februari 17.00 uur. Een vakjury kiest de uiteindelijke winnaar op 9 maart tijdens het Health Valley Event. Zij zal de inzendingen beoordelen op originaliteit, haalbaarheid, (internationale) schaalbaarheid en de toegevoegde waarde voor de patiënt en/of zorgverlener.
"Het jaarlijkse Health Valley Event is een uitermate geschikte gelegenheid om de Nationale Zorginnovatieprijs uit te reiken. Hier komen belangstellenden die zich bezighouden met innovaties in Life Sciences en Health uit het bedrijfsleven, de gezondheidszorg, wetenschap en de overheid bij elkaar. Hier vind je dus ook investeerders die innovatieve ideeën willen ondersteunen", aldus Marc Kalf. " Naast de uitreiking van de prijs biedt het event een dagvullend programma dat in het teken staat van ‘Patient driven technology', met interessante sprekers als Jan Kimpen (CMO, Philips), Dianda Veldman (Directeur, Patiëntenfederatie Nederland) en Kris Verburgh (Auteur, de Voedselzandloper) en prins Constantijn van Oranje-Nassau (special envoy, StartupDelta).
Veel partijen zijn op zoek naar ideeën of innovaties om hun zorgverlening te verbeteren, om ze verder te helpen ontwikkelen of om in te investeren. Andersom zijn innovatieve ondernemers of startups vaak op zoek naar partners. "En dan komen wij in beeld", aldus Marc Kalf, voorzitter Stichting Zorginnovatie Nederland. " Vanuit ons online platform ZorgInnovatie.nl helpen wij vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Innoveren doe je immers samen. Door actieve matchmaking versnellen we innovatie in zorg en welzijn. Met de Zorginnovatieprijs geven we daar voor één veelbelovende partij nog een extra boost aan."
In 2016 won de ScopeControl van Dovideq medical de zorginnovatieprijs. Dovideq kreeg de innovatieprijs toegekend omdat het met de ScopeControl 's werelds eerste volledig automatische testapparaat voor endoscopen op de markt heeft gebracht. ScopeControl kan binnen twee minuten defecte of twijfelachtige endoscopen herkennen; met deze innovatie vergroot het bedrijf niet alleen de veiligheid van de patiënt, maar gaat het ook vertragingen in de operatiekamer tegen en verlaagt het de reparatie- en overall-kosten. Jan Carel Teding van Berkhout, Dovideq medical: "Het winnen van de Nationale Zorginnovatieprijs gaf ons behalve een mooi geldbedrag enorm veel publiciteit. Daarnaast gaf het ons toegang tot een relevant netwerk, waardoor we ScopeControl met succes konden doorontwikkelen."
Bedrijven die willen meedingen naar de prijs moeten aan een aantal richtlijnen voldoen. Zo moet hun innovatie al gevalideerd en geïmplementeerd zijn en moet de ondernemer de bedrijfsvoering zelf op zich kunnen nemen. Bovendien moet de innovatie een aantoonbaar duurzaam verdienmodel opleveren en geschikt zijn voor in ieder geval de Nederlandse markt.
De inschrijving voor de Nationale Zorginnovatieprijs loopt tot vrijdag 24 februari 17.00 uur. Een vakjury kiest de uiteindelijke winnaar op 9 maart tijdens het Health Valley Event. Zij zal de inzendingen beoordelen op originaliteit, haalbaarheid, (internationale) schaalbaarheid en de toegevoegde waarde voor de patiënt en/of zorgverlener.
"Het jaarlijkse Health Valley Event is een uitermate geschikte gelegenheid om de Nationale Zorginnovatieprijs uit te reiken. Hier komen belangstellenden die zich bezighouden met innovaties in Life Sciences en Health uit het bedrijfsleven, de gezondheidszorg, wetenschap en de overheid bij elkaar. Hier vind je dus ook investeerders die innovatieve ideeën willen ondersteunen", aldus Marc Kalf. " Naast de uitreiking van de prijs biedt het event een dagvullend programma dat in het teken staat van ‘Patient driven technology', met interessante sprekers als Jan Kimpen (CMO, Philips), Dianda Veldman (Directeur, Patiëntenfederatie Nederland) en Kris Verburgh (Auteur, de Voedselzandloper) en prins Constantijn van Oranje-Nassau (special envoy, StartupDelta).
zaterdag 28 januari 2017
Apple wint Louis Braille Award voor blindenfuncties
Apple heeft de Louis Braille Award gewonnen voor de inspanningen die ze doen om toestellen geschikt te maken voor blinden en slechtzienden. De prijs werd vrijdag uitgereikt door de Associated Services for the Blind and Visually Impaired. Het is de 57e keer dat de prijs wordt uitgereikt aan mensen en bedrijven die een bijdrage hebben geleverd aan het levenskwaliteit van blinden en slechtzienden.
vrijdag 27 januari 2017
Miljoen voor onderzoek om innovatieve zorgideeën sneller in de praktijk te brengen
Minister Edith Schippers (Volksgezondheid) stelt 1 miljoen euro beschikbaar voor onderzoek naar het toepassen van veelbelovende en vernieuwende initiatieven in de organisatie van en toegang tot zorg. Dat maakt zij vandaag bekend tijdens de afsluiting van de nationale E-Healthweek 2017.
‘In deze week hebben 235 organisaties iets georganiseerd om mensen bekend te maken met de nieuwe mogelijkheden. Onze zorg staat bol van de creatieve en inspirerende initiatieven. Mensen hebben de mooiste ideeën, maar de slag naar onderzoek wordt vaak niet gemaakt. Werkt jouw idee echt in de dagelijkse praktijk? Voorziet het in een behoefte? Wat is er nodig om een innovatie ook in andere organisaties succesvol te maken? Dat soort vragen moeten beantwoord worden. Ook duren bestaande onderzoekmethoden vaak erg lang en daardoor zijn ze niet geschikt voor de enorm snelle ontwikkeling die de zorg doormaakt. Met dit geld wil ik een zet in de goede richting geven,‘ aldus Schippers.Dit voorjaar zal ZonMW een oproep plaatsen waarna organisaties hun aanvraag kunnen indienen. Uit de indieners worden 3 tot 5 ideeën gekozen die op een vernieuwde manier onderzocht zullen worden. In 2017 en 2018 organiseren ZonMW en het ministerie van VWS ook bijeenkomsten over het in praktijk toepassen van innovatieve zorgideeën. Patiënten en professionals krijgen bij de onderzoeken en de bijeenkomsten een belangrijke stem. Nieuwe zorgideeën krijgen immers pas echt voet aan de grond als zij voldoen aan de wensen en behoeften van de patiënt en de zorgverlener.
‘De patiënt als partner’ centraal thema tijdens Zorg & ICT 2017
http://www.rtlz.nl/tech/nederlander-bouwt-app-waarmee-doven-gesprekken-kunnen-volgen, het kennisplatform voor mensgerichte zorginnovatie, biedt met zijn vakbeurs jaarlijks een overzicht van de laatste technologische innovaties binnen de zorg. Tijdens de 2017-editie staat het thema ‘De patiënt als partner’ centraal. Op dinsdag 14, woensdag 15 en donderdag 16 maart 2017 kunnen bezoekers terecht in Jaarbeurs in Utrecht voor de nieuwste informatie en inspiratie op het gebied van zorginnovatie, inclusief een uitgebreid inhoudelijk programma, diverse activiteiten en verschillende exposanten. Bezoekers kunnen kennis opdoen over onder andere nieuwe vormen van interactie, digitalisering van processen en verbetering van fysieke ICT-infrastructuur in de zorg. De registratie voor gratis toegang is geopend.
Zorg & ICT 2017 focust zich op de digitalisering en verandering van de samenleving, en op de gevolgen hiervan voor patiënten en de zorg. Paul Verdult, brandmanager bij Jaarbeurs: “Door technologische toepassingen, zoals gezondheidsapplicaties en digitale communicatie, zijn mensen steeds meer in staat de regie over hun eigen gezondheid en medisch proces in handen te nemen. Men wordt mondiger, stelt meer eisen en heeft hogere verwachtingen van zorg. De rol van de patiënt verandert en daarmee ook de rol van zorgprofessionals. Zij moeten handelen vanuit de behoefte van patiënten en als partner met hen samenwerken. Dit vraagt om aanpassingen in de technische infrastructuur van een zorginstelling. Zorg & ICT wil bezoekers inspireren, informeren en hen op weg helpen met de juiste praktische handvatten.
Op Zorg & ICT 2017 kunnen bezoekers dagelijks zestig verschillende kennissessies bezoeken, nieuwe technologieën uitproberen, specifieke innovatievragen stellen in de ICT&Health Expert-praktijk en kennismaken met circa 160 exposanten. In het FutureLab presenteren zorgtechnologische start-ups zich aan de markt. Tevens wordt op de beursvloer de Doctorpreneur Award uitgereikt en maken bezoekers in het Mobiele Huis van Morgen kennis met zorginnovaties. Naast het centrale thema ‘De patiënt als partner’ zijn er verschillende subthema’s die het programma op de vakbeurs nog meer duiding geven.
•Connected & Digital Health gaat in op het belang van verbonden applicaties, sensoren en andere zelfmanagementtools – met elkaar, de patiënt én de bijbehorende zorginstelling.
•De juiste behandeling op basis van data, veilige opslag en een goed gestructureerde database staan centraal binnen het subthema Data-Driven Healthcare.
•Sociale Innovatie gaat in op het centraal stellen en het betrekken bij een behandeling van verschillende partijen om de samenwerking tussen patiënt, zorgprofessional en bijvoorbeeld mantelzorger te vergemakkelijken en te verbeteren.
•Bezoekers krijgen met het subthema Veiligheid en Privacy meer inzicht in het beveiligen van hun organisatie en het adequaat handelen bij bijvoorbeeld datalekken.
•Bedrijfsvoering & IT gaat in op de mogelijkheden voor kostenreductie door digitalisering en automatisering – vanuit zorgprocessen, maar ook door ondersteunende diensten als HR, Inkoop, Logistiek en ICT.
Zorg & ICT 2017 vindt plaats van dinsdag 14 tot en met donderdag 16 maart 2017 in hal 10 en 11 van Jaarbeurs in Utrecht. De beurs is elke dag geopend van 9.30 uur tot 16.30 uur en start dagelijks met een centrale opening van 9.30 uur tot 10.00 uur – verzorgd door Mobile Doctors. Bezoekers kunnen zich gratis registreren via de website.
Zorg & ICT 2017 focust zich op de digitalisering en verandering van de samenleving, en op de gevolgen hiervan voor patiënten en de zorg. Paul Verdult, brandmanager bij Jaarbeurs: “Door technologische toepassingen, zoals gezondheidsapplicaties en digitale communicatie, zijn mensen steeds meer in staat de regie over hun eigen gezondheid en medisch proces in handen te nemen. Men wordt mondiger, stelt meer eisen en heeft hogere verwachtingen van zorg. De rol van de patiënt verandert en daarmee ook de rol van zorgprofessionals. Zij moeten handelen vanuit de behoefte van patiënten en als partner met hen samenwerken. Dit vraagt om aanpassingen in de technische infrastructuur van een zorginstelling. Zorg & ICT wil bezoekers inspireren, informeren en hen op weg helpen met de juiste praktische handvatten.
Op Zorg & ICT 2017 kunnen bezoekers dagelijks zestig verschillende kennissessies bezoeken, nieuwe technologieën uitproberen, specifieke innovatievragen stellen in de ICT&Health Expert-praktijk en kennismaken met circa 160 exposanten. In het FutureLab presenteren zorgtechnologische start-ups zich aan de markt. Tevens wordt op de beursvloer de Doctorpreneur Award uitgereikt en maken bezoekers in het Mobiele Huis van Morgen kennis met zorginnovaties. Naast het centrale thema ‘De patiënt als partner’ zijn er verschillende subthema’s die het programma op de vakbeurs nog meer duiding geven.
•Connected & Digital Health gaat in op het belang van verbonden applicaties, sensoren en andere zelfmanagementtools – met elkaar, de patiënt én de bijbehorende zorginstelling.
•De juiste behandeling op basis van data, veilige opslag en een goed gestructureerde database staan centraal binnen het subthema Data-Driven Healthcare.
•Sociale Innovatie gaat in op het centraal stellen en het betrekken bij een behandeling van verschillende partijen om de samenwerking tussen patiënt, zorgprofessional en bijvoorbeeld mantelzorger te vergemakkelijken en te verbeteren.
•Bezoekers krijgen met het subthema Veiligheid en Privacy meer inzicht in het beveiligen van hun organisatie en het adequaat handelen bij bijvoorbeeld datalekken.
•Bedrijfsvoering & IT gaat in op de mogelijkheden voor kostenreductie door digitalisering en automatisering – vanuit zorgprocessen, maar ook door ondersteunende diensten als HR, Inkoop, Logistiek en ICT.
Zorg & ICT 2017 vindt plaats van dinsdag 14 tot en met donderdag 16 maart 2017 in hal 10 en 11 van Jaarbeurs in Utrecht. De beurs is elke dag geopend van 9.30 uur tot 16.30 uur en start dagelijks met een centrale opening van 9.30 uur tot 10.00 uur – verzorgd door Mobile Doctors. Bezoekers kunnen zich gratis registreren via de website.
donderdag 26 januari 2017
'Zorg via internet komt slecht van de grond'
Het kabinet en de zorgverzekeraars moeten veel meer doen om het gebruik van zorgtoepassingen via internet van de grond te tillen. Die kritiek uit de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) in een advies richting zorgminister Schippers dat vandaag verschijnt.
De invoering van digitaal ondersteunde zorg in Nederland gaat langzaam. Er zou een ‘e-health snelweg’ moeten komen waardoor data-uitwisseling makkelijker en goedkoper wordt. Dit zou kunnen gebeuren in een hoofdlijnenakkoord met aanbieders en inkopers van zorg, patiëntenorganisaties en zorgprofessionals, aldus de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) in het vandaag aan minister Schippers van VWS aangeboden advies.
De Raad constateert dat een gebrek aan mogelijkheden voor veilige data-uitwisseling tussen de verschillende gebruikte informatiesystemen grootschalige toepassing van e-health blokkeert. Zorggegevens tussen zorgverleners zijn onderling nauwelijks uitwisselbaar, patiënten kunnen niet bij hun eigen gezondheidsgegevens en de nieuwe wereld van e-health apps kan niet communiceren met de bestaande zorg-ICT. Dit veroorzaakt hoge kosten en irritatie over ontbrekende informatie.
Om dit probleem op te lossen wil de RVS dat de rijksoverheid een zogenaamde ‘e-health snelweg’ realiseert door zorgaanbieders en leveranciers van informatiesystemen te verplichten om voor open koppelvlakken te zorgen, hun data kosteloos aan de patiënt beschikbaar te stellen en aan te sluiten bij vastgestelde standaarden en identificatie-eisen. “Verleen het Zorginstituut Nederland doorzettingsmacht, mochten partijen op korte termijn niet tot geschikte oplossingen komen voor burgers en patiënten”, aldus voorzitter Pauline Meurs. “De huidige geslotenheid van bestaande ICT-systemen mag vernieuwing in de zorg niet langer in de weg staan.”
Meurs roept zorgaanbieders en zorgverzekeraars op in de zorginkoop tot meerjarenafspraken te komen en patiënten te verleiden en te stimuleren e-health te gebruiken. “Wanneer patiënten eenmaal kennis hebben gemaakt met e-health-toepassingen, ervaren zij vaak de voordelen van het gemak en de tijdwinst. Daarvan zijn goede voorbeelden voorhanden. Zo is er een initiatief waarbij hartpatiënten zelf digitaal hun dossier kunnen inzien, worden zij op afstand gemonitord en kunnen ze 24/7 per video contact opnemen met de zorgverlener.’
De invoering van digitaal ondersteunde zorg in Nederland gaat langzaam. Er zou een ‘e-health snelweg’ moeten komen waardoor data-uitwisseling makkelijker en goedkoper wordt. Dit zou kunnen gebeuren in een hoofdlijnenakkoord met aanbieders en inkopers van zorg, patiëntenorganisaties en zorgprofessionals, aldus de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) in het vandaag aan minister Schippers van VWS aangeboden advies.
De Raad constateert dat een gebrek aan mogelijkheden voor veilige data-uitwisseling tussen de verschillende gebruikte informatiesystemen grootschalige toepassing van e-health blokkeert. Zorggegevens tussen zorgverleners zijn onderling nauwelijks uitwisselbaar, patiënten kunnen niet bij hun eigen gezondheidsgegevens en de nieuwe wereld van e-health apps kan niet communiceren met de bestaande zorg-ICT. Dit veroorzaakt hoge kosten en irritatie over ontbrekende informatie.
Om dit probleem op te lossen wil de RVS dat de rijksoverheid een zogenaamde ‘e-health snelweg’ realiseert door zorgaanbieders en leveranciers van informatiesystemen te verplichten om voor open koppelvlakken te zorgen, hun data kosteloos aan de patiënt beschikbaar te stellen en aan te sluiten bij vastgestelde standaarden en identificatie-eisen. “Verleen het Zorginstituut Nederland doorzettingsmacht, mochten partijen op korte termijn niet tot geschikte oplossingen komen voor burgers en patiënten”, aldus voorzitter Pauline Meurs. “De huidige geslotenheid van bestaande ICT-systemen mag vernieuwing in de zorg niet langer in de weg staan.”
Meurs roept zorgaanbieders en zorgverzekeraars op in de zorginkoop tot meerjarenafspraken te komen en patiënten te verleiden en te stimuleren e-health te gebruiken. “Wanneer patiënten eenmaal kennis hebben gemaakt met e-health-toepassingen, ervaren zij vaak de voordelen van het gemak en de tijdwinst. Daarvan zijn goede voorbeelden voorhanden. Zo is er een initiatief waarbij hartpatiënten zelf digitaal hun dossier kunnen inzien, worden zij op afstand gemonitord en kunnen ze 24/7 per video contact opnemen met de zorgverlener.’
MOOC eHealth voor de derde keer aangeboden
De MOOC eHealth gaat op 6 februari voor de derde keer van start. Circa tienduizend deelnemers van over de hele wereld schreven zich in voor de eerste twee series van de open online cursus van de Universiteit Twente, die wordt aangeboden via het Britse platform FutureLearn.
De ervaringen van de deelnemers aan de eerste twee sessies van de MOOC zijn positief. “De deelnemers waarderen de heldere structuur van de cursus, waarin de samenhang tussen de thema’s goed naar voren komt. Ook de praktische voorbeelden waarmee we de theoretische principes vertalen naar de praktijk worden positief ervaren”, aldus Hanneke Kip, promovenda en docent bij de vakgroep Psychologie, Gezondheid en Technologie (PGT). Samen met Prof. Lisette van Gemert-Pijnen (professor in persuasive health technology), dr. Saskia Kelders (universitair docent) en Floor Sieverink (PhD student) is ze course educator van de MOOC.
28 procent van de deelnemers komt uit Groot-Brittannië, 15 procent uit Nederlanders en de overige deelnemers komen van over de hele wereld. “Het aantal Britse deelnemers maakt ook dat we dit jaar een native speaker nog eens kritisch naar ons materiaal hebben laten kijken. We vinden het belangrijk dat we scherp zijn op de juiste formulering. Dat kwam ook uit de evaluaties naar voren”, aldus Kip.
De vakgroep is voornemend de MOOC met regelmaat aan te bieden. “Vanuit de praktijk horen we ook dat daar vraag naar is”, zegt Kip. “Het biedt extra mogelijkheden voor mensen uit het werkveld die graag wat meer de diepte in willen. Ook helpt het om potentiële studenten goed voor te bereiden en inzicht te geven in wat we doen op het gebied van e-Health op de Universiteit Twente. Onze visie op hoe je psychologie, gezondheidszorg en technologie met elkaar combineert komt er helder in naar voren.”
Deelnemen aan de derde MOOC eHealth, die op 6 februari begint, is gratis. Voor meer informatie over de inhoud van de MOOC en aanmelden: https://www.futurelearn.com/courses/ehealth.
woensdag 25 januari 2017
Gezondheidswebsites onzorgvuldig met gevoelige informatie
Websites met medische zelftests zijn niet altijd goed beveiligd, blijkt uit een scan van de Consumentenbond. Hierdoor kan gevoelige persoonlijke informatie in verkeerde handen komen. De uitkomsten zijn voor de Consumentenbond aanleiding om meer soortgelijke websites te gaan onderzoeken.
De Consumentenbond bekeek acht websites die tests aanbieden over gevoelige onderwerpen als depressieklachten, drankgebruik en stress. De zelftest op minderdrinken.nl ontwikkeld door verslavingsinstituut Trimbos bleek wachtwoorden, e-mailadressen, geslacht en leeftijd van gebruikers over een onbeveiligde internetverbinding te versturen. Verder was hun forum niet beveiligd en ontbrak de verplichte privacyverklaring. Bij de zelftest van zorgverzekeraar Menzis moeten deelnemers vooraf een account aanmaken en daarbij e-mailadres, leeftijd en geslacht invullen. Dit vergroot de kans op misbruik van persoonlijke gegevens, terwijl het voor de test geen noodzakelijke informatie is.
Ook zijn er websites met zelftests die ongevraagd trackingcookies plaatsen, waardoor bedrijven als Facebook, Twitter en Google kunnen zien wie die sites heeft bezocht. En op vier websites ontwikkeld door Trimbos staat verouderde informatie over waar het bedrijf zijn dataverwerking uitbesteedt. Een deel van de bedrijven achter de onderzochte websites heeft inmiddels op aandringen van de Consumentenbond de veiligheid verbeterd. Het artikel over privacy bij zelftests staat in de Consumentengids die dinsdag 24 januari verschijnt.
De Consumentenbond bekeek acht websites die tests aanbieden over gevoelige onderwerpen als depressieklachten, drankgebruik en stress. De zelftest op minderdrinken.nl ontwikkeld door verslavingsinstituut Trimbos bleek wachtwoorden, e-mailadressen, geslacht en leeftijd van gebruikers over een onbeveiligde internetverbinding te versturen. Verder was hun forum niet beveiligd en ontbrak de verplichte privacyverklaring. Bij de zelftest van zorgverzekeraar Menzis moeten deelnemers vooraf een account aanmaken en daarbij e-mailadres, leeftijd en geslacht invullen. Dit vergroot de kans op misbruik van persoonlijke gegevens, terwijl het voor de test geen noodzakelijke informatie is.
Ook zijn er websites met zelftests die ongevraagd trackingcookies plaatsen, waardoor bedrijven als Facebook, Twitter en Google kunnen zien wie die sites heeft bezocht. En op vier websites ontwikkeld door Trimbos staat verouderde informatie over waar het bedrijf zijn dataverwerking uitbesteedt. Een deel van de bedrijven achter de onderzochte websites heeft inmiddels op aandringen van de Consumentenbond de veiligheid verbeterd. Het artikel over privacy bij zelftests staat in de Consumentengids die dinsdag 24 januari verschijnt.
dinsdag 24 januari 2017
KPN helpt zorg veiliger communiceren
Tijdens de e-healthweek geeft KPN het startschot voor een actie om ruim 8.000 eerstelijns zorgverleners, die gebruik maken van een E-Zorg verbinding, vanaf het eerste kwartaal 2017 gratis de beschikking te geven over Zorg Messenger.
De KPN Zorg Messenger, gelanceerd in september 2016, is een veilig en laagdrempelig alternatief voor communicatie via mail en chat in de zorg, waarbij het waarborgen van de veiligheid van patiëntgegevens cruciaal is. Minister Edith Schippers van VWS heeft de noodzaak tot betere bescherming van gegevens in de zorg recentelijk nog onderstreept met een oproep aan zorgverleners om snel over te stappen op een veilig en betrouwbaar alternatief.
De zorg is een van de belangrijke sectoren voor KPN en heeft al jaren bijzondere aandacht voor veilige samenwerking, het verhogen van de efficiency en het verhogen van de autonomie voor zorgbehoevenden met behulp van ICT.
Met het gratis ter beschikking stellen van Zorg Messenger wil KPN bijdragen aan het verbeteren van de privacy en beveiliging in de zorg. Zo kunnen zorgverleners met Zorg Messenger niet alleen onderling veilig communiceren, maar ook met patiënten. Voor patiënten is de Zorg Messenger altijd gratis.
Zorgverleners, zoals medisch specialisten, die nu niet zijn aangesloten via E-zorg, kunnen zich aanmelden via de website van E-Zorg. Dit initiatief is onderdeel van de e-healthweek 2017, waarvan KPN één van de deelnemers is. De e-healthweek wordt georganiseerd door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en ECP | Platform voor de Informatiesamenleving en vindt plaats van 23 t/m 27 januari 2017. Meer informatie is te vinden via de website.
De KPN Zorg Messenger, gelanceerd in september 2016, is een veilig en laagdrempelig alternatief voor communicatie via mail en chat in de zorg, waarbij het waarborgen van de veiligheid van patiëntgegevens cruciaal is. Minister Edith Schippers van VWS heeft de noodzaak tot betere bescherming van gegevens in de zorg recentelijk nog onderstreept met een oproep aan zorgverleners om snel over te stappen op een veilig en betrouwbaar alternatief.
De zorg is een van de belangrijke sectoren voor KPN en heeft al jaren bijzondere aandacht voor veilige samenwerking, het verhogen van de efficiency en het verhogen van de autonomie voor zorgbehoevenden met behulp van ICT.
Met het gratis ter beschikking stellen van Zorg Messenger wil KPN bijdragen aan het verbeteren van de privacy en beveiliging in de zorg. Zo kunnen zorgverleners met Zorg Messenger niet alleen onderling veilig communiceren, maar ook met patiënten. Voor patiënten is de Zorg Messenger altijd gratis.
Zorgverleners, zoals medisch specialisten, die nu niet zijn aangesloten via E-zorg, kunnen zich aanmelden via de website van E-Zorg. Dit initiatief is onderdeel van de e-healthweek 2017, waarvan KPN één van de deelnemers is. De e-healthweek wordt georganiseerd door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en ECP | Platform voor de Informatiesamenleving en vindt plaats van 23 t/m 27 januari 2017. Meer informatie is te vinden via de website.
Zweedse onderzoekers gebruiken smartphone voor DNA-analyse
Zweedse onderzoekers hebben het voor elkaar gekregen om een DNA-analyse uit te voeren door middel van een microscoop die gebruik maakt van de camera van een smartphone. De bedoeling is om dergelijke analyses buiten laboratoria mogelijk te maken. Het DNA sequentiëren met behulp van een smartphone is nog niet iets dat mensen thuis kunnen uitvoeren. Het opzetten van de benodigdheden en het bedienen van de apparatuur vereist nog altijd een laboratoriummedewerker, zeggen de onderzoekers in vaktijdschrift Nature. Desondanks maakt DNA-sequencing mogelijk op plekken waar geen laboratorium is en waar medisch specialisten een lab ook niet snel kunnen bereiken.
maandag 23 januari 2017
KPN Ventures investeert in mobiele ECG maker Personal MedSystems
KPN Ventures heeft geïnvesteerd in Personal Medsystems GmbH, een Duits bedrijf dat in samenwerking met cardiologen een dienst heeft ontwikkeld die het mogelijk maakt voor artsen en patiënten om met een smartphone een volwaardige ECG te maken om hartproblemen te controleren.
De investering past in de strategie van KPN Ventures om te investeren in digitale gezondheidszorginitiatieven en samenwerkingen aan te gaan om innovaties op dat gebied naar de Nederlandse markt te brengen.
De investering past in de strategie van KPN Ventures om te investeren in digitale gezondheidszorginitiatieven en samenwerkingen aan te gaan om innovaties op dat gebied naar de Nederlandse markt te brengen.
Risico op infecties daalt door tandimplantaat met intern reservoir
Onderzoekers van de KU Leuven hebben een nieuw tandimplantaat ontworpen, dat uit poreus composietmateriaal bestaat en een ingebouwd reservoir onder de tandkroon bevat. Daardoor kunnen medicijnen gecontroleerd vrijgegeven worden en verkleint de kans op ontstekingen. Deze multidisciplinaire studie, onder leiding van dr. Karin Thevissen, dr. Kaat De Cremer en dr. Annabel Braem, is gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift European Cells & Materials.
Een veel voorkomend euvel bij traditionele tandimplantaten zijn infecties. Omdat er zich in de mondholte veel micro-organismen bevinden, kan er snel een biofilm groeien op het implantaat. Biofilms zijn gemeenschappen van bacteriële cellen en/of schimmelcellen die resistent zijn tegen antibiotica. Het innovatieve tandimplantaat moet op dat probleem een antwoord bieden.
“In het implantaat, een soort schroef die in het kaakbot wordt geplaatst, is een reservoir ingebouwd. Dat reservoir kan via een schroefopening onder de tandkroon gemakkelijk gevuld worden met antimicrobiële stoffen”, licht Kaat De Cremer toe. “Door de poreuze structuur verspreiden de medicijnen zich geleidelijk naar de buitenkant van het implantaat, die in rechtstreeks contact staat met de beendercellen. Op die manier krijgen de bacteriën geen kans om een biofilm te vormen.”
In het lab is het implantaat aan verschillende tests onderworpen voor gebruik met chloorhexidine, een universeel mondspoelmiddel met krachtige antimicrobiële werking. Uit de studie blijkt dat de Streptococcus mutans, een mondbacterie die de tanden aantast, geen biofilms meer kan vormen op de buitenkant van het implantaat wanneer het reservoir gevuld is met het mondspoelmiddel. Ook biofilms die vooraf op het implantaat gekweekt werden, konden op dezelfde manier bestreden worden. Het implantaat werkt dus zowel preventief als bestrijdend.
“In het implantaat, een soort schroef die in het kaakbot wordt geplaatst, is een reservoir ingebouwd. Dat reservoir kan via een schroefopening onder de tandkroon gemakkelijk gevuld worden met antimicrobiële stoffen”, licht Kaat De Cremer toe. “Door de poreuze structuur verspreiden de medicijnen zich geleidelijk naar de buitenkant van het implantaat, die in rechtstreeks contact staat met de beendercellen. Op die manier krijgen de bacteriën geen kans om een biofilm te vormen.”
In het lab is het implantaat aan verschillende tests onderworpen voor gebruik met chloorhexidine, een universeel mondspoelmiddel met krachtige antimicrobiële werking. Uit de studie blijkt dat de Streptococcus mutans, een mondbacterie die de tanden aantast, geen biofilms meer kan vormen op de buitenkant van het implantaat wanneer het reservoir gevuld is met het mondspoelmiddel. Ook biofilms die vooraf op het implantaat gekweekt werden, konden op dezelfde manier bestreden worden. Het implantaat werkt dus zowel preventief als bestrijdend.
zaterdag 21 januari 2017
Fello-app helpt mantelzorgers
Al je met een aantal familieleden mantelzorg verleent, is het nuttig om afspraken te maken. Wie gaat mee naar controles bij de huisarts, wie gaat naar het bezoekuur in het ziekenhuis en wie doet de boodschappen voor zieke opa Piet? De makers van Fello richten zich op de mantelzorgers zelf, om te zorgen dat alle activiteiten wat eerlijker worden verdeeld. In de app kun je chatten met familieleden over onderwerpen zoals: wie gaat de tuin van opa zomerklaar maken, hoe was de uitslag bij de dermatoloog en wie gaat dit weekend eens wandelen met opa?
vrijdag 20 januari 2017
Doktersbezoek met de Samsung Galaxy S8 S Health-app
Met de Samsung Galaxy S8 kun je direct verbinding leggen met je huisarts, zo claimt het doorgaans goed ingevoerde SamMobile. Volgens de site wordt de Samsung Galaxy S8 S Health-app uitgebreid met de mogelijkheid om direct een afspraak maken. Via de app kun je straks online een afspraak met gekwalificeerde dokter inplannen, aldus de site. Er zouden zelfs 24/7 afspraken via een videogesprek mogelijk zijn. Na afloop kun je via de app de dokter beoordelen en direct betalen. Ook je zorgverzekeringsinformatie kan via S Health bijgehouden worden.
donderdag 19 januari 2017
Bill Gates regelt 1 miljard om pandemie te voorkomen
Bill Gates maakt zich flink zorgen over de wereldwijde uitbraak van dodelijke infectieziekten. Daarom financiert hij de ontwikkeling van nieuwe vaccins. Samen met onder meer de overheden van Duitsland, Japan en Noorwegen stelt de Microsoft-oprichter via zijn liefdadigheidsinstelling geld ter beschikking aan de deze week aangekondigde Coalition for Epidemic Preparedness Innovations (CEPI). CEPI moet onderzoek gaan doen naar dodelijke infectieziekten. De organisatie gaat zich in eerste instantie richten op de MERS-CoV-, Lassa- en Nipah-virussen. Tegen elk van deze virussen wil CEPI twee kandidaat-vaccins te ontwikkelen.
Vernieuwers naar Rotterdam
Innovation for Health, Nederlands grootste evenement over innovaties in de zorg, komt naar Rotterdam.
De conferentie is op 16 februari 2017 in WTC Rotterdam. Tijdens Innovation for Health, dat voor de vierde keer plaatsvindt, delen prominente wetenschappers, ondernemers en leidinggevenden hun vernieuwende ideeën en trends met het publiek.
Het Erasmus MC is, als partner van het evenement, vertegenwoordigd in de programmering. Een van de sessies, ‘Big data in a global village’, wordt verzorgd door onder meer prof. Wiro Niessen en prof. Jan
Niessen licht toe wat nieuwe mogelijkheden op gebied van IT, zoals de ontwikkeling van kunstmatige intelligentie, kunnen bijdragen aan research en gezondheidszorg. Jan Hazelzet toont aan hoe patiënten meer controle kunnen krijgen over hun behandeling, dankzij e-health en nieuwe modellen om uitkomsten te meten.
De conferentie is op 16 februari 2017 in WTC Rotterdam. Tijdens Innovation for Health, dat voor de vierde keer plaatsvindt, delen prominente wetenschappers, ondernemers en leidinggevenden hun vernieuwende ideeën en trends met het publiek.
Het Erasmus MC is, als partner van het evenement, vertegenwoordigd in de programmering. Een van de sessies, ‘Big data in a global village’, wordt verzorgd door onder meer prof. Wiro Niessen en prof. Jan
Niessen licht toe wat nieuwe mogelijkheden op gebied van IT, zoals de ontwikkeling van kunstmatige intelligentie, kunnen bijdragen aan research en gezondheidszorg. Jan Hazelzet toont aan hoe patiënten meer controle kunnen krijgen over hun behandeling, dankzij e-health en nieuwe modellen om uitkomsten te meten.
woensdag 18 januari 2017
Smartphone herkent fake Viagra
Voor het eerst is er een smartphone die op grond van de moleculaire structuur kan bepalen of Viagra pillen echt zijn. De H2 maakt gebruik van moleculaire identificatie technologie van Consumer Physics. Fabrikant Changhong demonstreerde de H2 op CES 2017. De smartphone kan voor meerdere doeleinden worden ingezet, ook om te bepalen welke appels zoeter zijn.
dinsdag 17 januari 2017
Met handzaam apparaat kun je onder de huid kijken
Wetenschappers van onderzoeksinstituut MIRA ontwikkelden enige tijd geleden, samen met diverse bedrijven, een prototype van een handzaam apparaat dat echoscopie met fotoakoestiek combineert.
Pim van den Berg testte de technologie voor diverse doeleinden gedurende zijn promotietraject.Uit zijn onderzoek blijkt dat je met het apparaat een duidelijk verschil ziet tussen reumatoïde en normale vingers.
Daarnaast kun je met de methode leverfibrose bij proefdieren detecteren. Dit betekent dat in de toekomst waarschijnlijk minder muizen nodig zijn voor onderzoek naar leverfibrose. Het gaat om eerste resultaten en volgens promovendus Pim van den Berg is er meer onderzoek nodig om te bepalen wat je exact ziet. Maar de werking is bewezen. Doel is om de methode in de nabije toekomst breed toepasbaar te maken in de medische wereld.
Waar echoscopie een beeld geeft van structuren, kun je met fotoakoestiek een beeld geven dat meer functionele informatie bevat, zoals waar bloed zich bevindt. Door de combinatie van beide technieken in één apparaat, kun je beelden van het lichaam maken met veel meer informatie. De combinatie van echoscopie met fotoakoestiek is mogelijk gemaakt door het integreren van pulserende diodelasers in de echografie-meetkop. Dit levert een compact, handzaam en relatief goedkoop systeem op.
De combinatie van echoscopie met fotoakoestiek in een compact apparaat moet er onder meer voor zorgen dat artsen eenvoudiger en nauwkeuriger kunnen meten in welke mate reumapatiënten kampen met ontsteking van hun gewrichten. Reumatoloog Hein Moens van het ZGT is betrokken bij de testen: “Ik ben heel enthousiast over deze ontwikkeling en de mogelijkheden die dit in de toekomst biedt. Met de huidige technieken wordt een ontsteking met het oog van de dokter beoordeeld. Hiermee ben je afhankelijk van menselijk waarnemen. Met deze technologie hopen we in de toekomst objectief de mate van ontsteking te meten.
Onderzoeker Pim van den Berg: “We bekeken vingers met en zonder ontsteking met het apparaat. Het verschil is overduidelijk. Het lijkt er op dat we de vele extra bloedvaten die zich bij een ontsteking vormen, zien met deze methode. We moeten nog verder onderzoeken wat we precies zien. We onderscheiden nu uitersten: wel of geen ontsteking. Het vervolg is om de grijswaarden ertussenin te ontdekken.”
Leverfibrose is schade aan de lever, bijvoorbeeld door Hepatitus A en B of alcohol. Er bestaat nog geen medicijn tegen. Wetenschappers gebruiken nu proefdieren voor onderzoek naar mogelijke medicijnen tegen leverfibrose. Met het apparaat kan leverfibrose gedetecteerd worden bij proefdieren. Met deze technologie zouden onderzoekers een enkele muis langere tijd kunnen volgen. Hoe verloopt de ziekte? Welke invloeden hebben medicijnen? Daardoor zijn er minder muizen nodig voor het onderzoek. Van den Berg: “We kunnen nu fibroselevers onderscheiden van gezonde levers. Maar ook bij deze toepassing geldt: vervolgonderzoek is nodig om vast te stellen wat we nu precies zien met de methode.“
De derde toepassing van de technologie die Van den Berg testte, is het meten van de stroomsnelheid van bloed. Hij onderzocht dit samen met University College London. De stroomsnelheid van bloed geeft extra informatie over ontstekingen. Van den Berg: “De test is geslaagd. We willen weten hoe hard het bloed stroomt, hoeveel bloedvaten er zitten en hoeveel zuurstof en voedingsstoffen er naartoe gaan. Deze informatie zegt iets over de ontsteking. Met onze methode kun je verschillende componenten meten en de verhouding tussen deze componenten. In onze laboratoriumopstelling hebben we dit goed kunnen meten. De volgende stap is om te onderzoeken of het apparaat dit in het menselijk lichaam kan meten.“
Bij fotoakoestiek worden korte laserpulsen het lichaam van een patiënt ingestuurd. Als het laserlicht bijvoorbeeld een bloedvat raakt, wordt het licht lokaal omgezet naar warmte die een kleine drukverhoging veroorzaakt. Deze drukverhoging plant zich als een geluidsgolf voort door het lichaam. Deze geluidsgolf kun je meten op de huid. Fotoakoestiek is een uitbreiding van echoscopie. Bij echoscopie stuur je ultrageluid het lichaam in, dat door verschillende weefsels op verschillende manieren wordt weerkaatst en daarna ook op de huid gedetecteerd kan worden. Fotoakoestiek meet geen echo’s, maar geluid dat door absorptie van licht is ontstaan. Je hebt dus een veel grotere gevoeligheid voor stoffen die licht absorberen, zoals bloed. De meetmethode is overigens met name geschikt om relatief oppervlakkige delen van het lichaam door te meten; tot vijftien millimeter diep.
In de toekomst zou het apparaat ook getest worden om gebruikt te worden om andere aandoeningen in kaart te brengen zoals huidkanker, brandwonden of aderverkalking. “In een nieuw Europees project met dezelfde partners gaan we tot op grotere diepte metingen te doen om verkalking van de halsslagader in kaart te brengen”, aldus prof. Dr. Ir. Wiendelt Steenbergen, promotor van Pim van der Berg.
maandag 16 januari 2017
Onderzoekers ontwikkelen apparaat dat circulerende tumorcellen isoleert
Onderzoekers van UT-onderzoeksinstituut MIRA en het bedrijf VyCAP hebben een apparaat ontwikkeld waarmee je individuele kankercellen die in het bloed voorkomen kunt isoleren.
Hiermee hebben wetenschappers een middel in handen om beter te onderzoeken hoe uitzaaiingen ontstaan en om nieuwe medicijnen te testen. Kern van het apparaat is een chip met daarin 6400 ‘putjes’ waarin de cellen zich kunnen nestelen. Joost Swennenhuis promoveert op 13 januari aan de Universiteit Twente op dit onderzoek.
Een gedeelte van de cellen van een tumor laat los en komt zo in de bloedbaan van de patiënt terecht. Deze circulerende tumorcellen, afgekort als CTC’s, spelen een cruciale rol bij het ontstaan van uitzaaiingen. Zo kan een oorspronkelijke kanker in een orgaan, via de CTC’s zorgen voor uitzaaiingen door het hele lichaam. Om beter inzicht te krijgen in het ontstaan van uitzaaiingen, om deze vroeger op te kunnen sporen en voor de ontwikkeling van medicijnen is het van groot belang om het DNA van deze CTC’s goed te kunnen onderzoeken.
Het grote probleem in de praktijk is dat de CTC’s in een extreem lage concentratie in het bloed voorkomen. Om een individuele CTC te isoleren moet je zoeken naar een speld in een hooiberg. Het isoleren van CTC’s gebeurde tot op heden handmatig door ervaren specialisten: een tijdsintensieve en niet zo betrouwbare methode, waarbij een gedeelte van de cellen beschadigd raakt. Joost Swennenhuis, die aan de Universiteit Twente een promotieonderzoek uitvoerde naar CTC’s, liep tijdens zijn onderzoek tegen deze beperking aan. Samen met het bedrijf VyCAP ontwikkelde hij vervolgens een apparaat, The Puncher gedoopt, waarmee je individuele circulerende tumorcellen kunt isoleren.
Dit apparaat is de ideale uitbreiding op de CellSearch test, waarvoor prof. dr. Leon Terstappen, de begeleider van Swennenhuis, in 2009 de Prix Galien – in de volksmond de ‘Nobelprijs voor medische technologie’ – heeft gewonnen. Met deze test kun je circulerende tumorcellen onderscheppen en herkennen. De vloeistof die je overhoudt bevat echter ongeveer 10.000 keer zo veel witte bloedcellen als CTC’s. Met The Puncher kun je de CTC’s uit deze vloeistof isoleren en afzonderlijk onderzoeken.
Apparaat
Kern van het apparaat, dat is opgebouwd rondom een microscoop, is een chip met daarin 6400 kleine putjes. De putjes hebben een diameter van 70 micrometer en een volume van één nanoliter (een nanoliter is een miljoen keer minder dan een milliliter). De putjes hebben een klein gaatje aan de onderkant. Als je nu met een speciaal ontwikkelde pomp een vloeistof met daarin witte bloedcellen en CTC’s door de chip pompt, dan blijven de CTC’s achter in de putjes, terwijl de vloeistof en de witte bloedcellen door het gaatje heen stromen. De onderzoeker kan vervolgens met een dunne naald, waarmee het apparaat is uitgerust, de bodem uit elk gewenst putje drukken, waardoor de individuele CTC in een bakje valt. En dat is volgens Swennenhuis precies waar het om te doen was: “We wilden uiteindelijk één enkele CTC in een bakje hebben.” Het systeem is nog in ontwikkeling, maar het bedrijf VyCAP heeft The Puncher al wel op de markt gebracht. Momenteel werken vijf onderzoeksziekenhuizen in de wereld met het systeem.
Hiermee hebben wetenschappers een middel in handen om beter te onderzoeken hoe uitzaaiingen ontstaan en om nieuwe medicijnen te testen. Kern van het apparaat is een chip met daarin 6400 ‘putjes’ waarin de cellen zich kunnen nestelen. Joost Swennenhuis promoveert op 13 januari aan de Universiteit Twente op dit onderzoek.
Een gedeelte van de cellen van een tumor laat los en komt zo in de bloedbaan van de patiënt terecht. Deze circulerende tumorcellen, afgekort als CTC’s, spelen een cruciale rol bij het ontstaan van uitzaaiingen. Zo kan een oorspronkelijke kanker in een orgaan, via de CTC’s zorgen voor uitzaaiingen door het hele lichaam. Om beter inzicht te krijgen in het ontstaan van uitzaaiingen, om deze vroeger op te kunnen sporen en voor de ontwikkeling van medicijnen is het van groot belang om het DNA van deze CTC’s goed te kunnen onderzoeken.
Het grote probleem in de praktijk is dat de CTC’s in een extreem lage concentratie in het bloed voorkomen. Om een individuele CTC te isoleren moet je zoeken naar een speld in een hooiberg. Het isoleren van CTC’s gebeurde tot op heden handmatig door ervaren specialisten: een tijdsintensieve en niet zo betrouwbare methode, waarbij een gedeelte van de cellen beschadigd raakt. Joost Swennenhuis, die aan de Universiteit Twente een promotieonderzoek uitvoerde naar CTC’s, liep tijdens zijn onderzoek tegen deze beperking aan. Samen met het bedrijf VyCAP ontwikkelde hij vervolgens een apparaat, The Puncher gedoopt, waarmee je individuele circulerende tumorcellen kunt isoleren.
Dit apparaat is de ideale uitbreiding op de CellSearch test, waarvoor prof. dr. Leon Terstappen, de begeleider van Swennenhuis, in 2009 de Prix Galien – in de volksmond de ‘Nobelprijs voor medische technologie’ – heeft gewonnen. Met deze test kun je circulerende tumorcellen onderscheppen en herkennen. De vloeistof die je overhoudt bevat echter ongeveer 10.000 keer zo veel witte bloedcellen als CTC’s. Met The Puncher kun je de CTC’s uit deze vloeistof isoleren en afzonderlijk onderzoeken.
Apparaat
Kern van het apparaat, dat is opgebouwd rondom een microscoop, is een chip met daarin 6400 kleine putjes. De putjes hebben een diameter van 70 micrometer en een volume van één nanoliter (een nanoliter is een miljoen keer minder dan een milliliter). De putjes hebben een klein gaatje aan de onderkant. Als je nu met een speciaal ontwikkelde pomp een vloeistof met daarin witte bloedcellen en CTC’s door de chip pompt, dan blijven de CTC’s achter in de putjes, terwijl de vloeistof en de witte bloedcellen door het gaatje heen stromen. De onderzoeker kan vervolgens met een dunne naald, waarmee het apparaat is uitgerust, de bodem uit elk gewenst putje drukken, waardoor de individuele CTC in een bakje valt. En dat is volgens Swennenhuis precies waar het om te doen was: “We wilden uiteindelijk één enkele CTC in een bakje hebben.” Het systeem is nog in ontwikkeling, maar het bedrijf VyCAP heeft The Puncher al wel op de markt gebracht. Momenteel werken vijf onderzoeksziekenhuizen in de wereld met het systeem.
vrijdag 13 januari 2017
UT ontwikkelt draagbaar apparaat voor vroege detectie diabetes
Onderzoekers van de Universiteit Twente ontwikkelen, in samenwerking met het bedrijfsleven, een draagbaar apparaat waarmee je eenvoudig en in een vroeg stadium kunt zien of iemand diabetes type 1 of 2 heeft. Technologiestichting STW financiert een onderzoeksvoorstel van Sonia García Blanco van UT-onderzoeksinstituut MESA+ dat uiteindelijk moet leiden tot een prototype.
Bij 420 miljoen mensen op de wereld is diabetes vastgesteld en 180 miljoen mensen kampen met de ziekte zonder dat ze het weten. Je kunt veel leed voorkomen en zorgkosten besparen als je in staat bent om de ziekte in een vroeg(er) stadium te detecteren. Daarom willen onderzoekers van de Universiteit Twente een goedkoop en draagbaar apparaat ontwikkelen waarmee je eenvoudig en in een vroeg stadium de ziekte kunt ontdekken in een klein druppeltje bloed. Hierdoor kan de diagnose gewoon worden gesteld door iedere huisarts. Ook moet het apparaat kunnen meten of een patiënt lijdt aan diabetes type 1 of diabetes type 2.
Kern van het apparaat is een chip die zogenoemde biomarkers in het bloed kan detecteren. Dit zijn stoffen die bijvoorbeeld wijzen op de aanwezigheid van een bepaalde ziekte. De chip wordt uitgerust met een geïntegreerde optische sensor die (in eerste instantie) het bloed op drie verschillende biomarkers voor diabetes zal testen. Volgens projectleidster Sonia García Blanco is de eerste uitdaging het ontwikkelen van minuscule sensoren die gevoelig genoeg zijn om de biomarkers in een kleine hoeveelheid bloed te detecteren. De tweede, maar even grote, uitdaging is een robuust apparaat creëren dat draagbaar is en dat eenvoudig is in het gebruik. García Blanco is gespecialiseerd in de ontwikkeling van geïntegreerde optische componenten, zoals sensoren, die je kunt integreren op een chip. Ze is betrokken bij verschillende projecten waarbinnen ze specifieke optische sensoren ontwikkelt om biomarkers voor verschillende ziekten te detecteren. Haar onderzoek maakt deel uit van de onderzoekslijn ‘sensoring and early diagnostics’ van UT-onderzoeksinstituut MESA+.
Binnen het onderzoeksproject wordt niet alleen gewerkt aan de ontwikkeling van de technologie zelf. Voor de Universiteit Twente is het namelijk belangrijk dat de maatschappij kan profiteren van de kennis en de technologie afkomstig van de universiteit. Daarom is er binnen het project van begin af aan aandacht voor de uiteindelijke commercialisatie van de technologie. Dr. Kasia Zalewska van de vakgroep NIKOS (Nederlandse Instituut voor Kennis intensief Ondernemerschap) is van meet af aan bij het project betrokken. Ze voert onder meer marktonderzoek uit en zorgt dat de ontwikkelde kennis op de juiste manier wordt overgedragen aan de betrokken bedrijven.
Naast de onderzoekers van de Universiteit Twente zijn er vijf Nederlandse bedrijven aangesloten bij het project: BioVolt, PhoeniX B.V., VTEC, Technobis en MEDLON. Met deze bedrijven is de volledige productieketen vertegenwoordigd: van chipontwerp tot de eindgebruiker, met alle stappen daartussen. Technologiestichting STW heeft, binnen het High Tech Systemen & Materialen-programma, een subsidie van 235.000 euro voor het project beschikbaar gesteld. Met dit programma steunt STW wetenschappers, die samen met het bedrijfsleven kennis ontwikkelen voor technologische doorbraken en innovatieve toepassingen. De aangesloten bedrijven dragen daarnaast ruim een ton bij, in geld en in diensten.
Bij 420 miljoen mensen op de wereld is diabetes vastgesteld en 180 miljoen mensen kampen met de ziekte zonder dat ze het weten. Je kunt veel leed voorkomen en zorgkosten besparen als je in staat bent om de ziekte in een vroeg(er) stadium te detecteren. Daarom willen onderzoekers van de Universiteit Twente een goedkoop en draagbaar apparaat ontwikkelen waarmee je eenvoudig en in een vroeg stadium de ziekte kunt ontdekken in een klein druppeltje bloed. Hierdoor kan de diagnose gewoon worden gesteld door iedere huisarts. Ook moet het apparaat kunnen meten of een patiënt lijdt aan diabetes type 1 of diabetes type 2.
Kern van het apparaat is een chip die zogenoemde biomarkers in het bloed kan detecteren. Dit zijn stoffen die bijvoorbeeld wijzen op de aanwezigheid van een bepaalde ziekte. De chip wordt uitgerust met een geïntegreerde optische sensor die (in eerste instantie) het bloed op drie verschillende biomarkers voor diabetes zal testen. Volgens projectleidster Sonia García Blanco is de eerste uitdaging het ontwikkelen van minuscule sensoren die gevoelig genoeg zijn om de biomarkers in een kleine hoeveelheid bloed te detecteren. De tweede, maar even grote, uitdaging is een robuust apparaat creëren dat draagbaar is en dat eenvoudig is in het gebruik. García Blanco is gespecialiseerd in de ontwikkeling van geïntegreerde optische componenten, zoals sensoren, die je kunt integreren op een chip. Ze is betrokken bij verschillende projecten waarbinnen ze specifieke optische sensoren ontwikkelt om biomarkers voor verschillende ziekten te detecteren. Haar onderzoek maakt deel uit van de onderzoekslijn ‘sensoring and early diagnostics’ van UT-onderzoeksinstituut MESA+.
Binnen het onderzoeksproject wordt niet alleen gewerkt aan de ontwikkeling van de technologie zelf. Voor de Universiteit Twente is het namelijk belangrijk dat de maatschappij kan profiteren van de kennis en de technologie afkomstig van de universiteit. Daarom is er binnen het project van begin af aan aandacht voor de uiteindelijke commercialisatie van de technologie. Dr. Kasia Zalewska van de vakgroep NIKOS (Nederlandse Instituut voor Kennis intensief Ondernemerschap) is van meet af aan bij het project betrokken. Ze voert onder meer marktonderzoek uit en zorgt dat de ontwikkelde kennis op de juiste manier wordt overgedragen aan de betrokken bedrijven.
Naast de onderzoekers van de Universiteit Twente zijn er vijf Nederlandse bedrijven aangesloten bij het project: BioVolt, PhoeniX B.V., VTEC, Technobis en MEDLON. Met deze bedrijven is de volledige productieketen vertegenwoordigd: van chipontwerp tot de eindgebruiker, met alle stappen daartussen. Technologiestichting STW heeft, binnen het High Tech Systemen & Materialen-programma, een subsidie van 235.000 euro voor het project beschikbaar gesteld. Met dit programma steunt STW wetenschappers, die samen met het bedrijfsleven kennis ontwikkelen voor technologische doorbraken en innovatieve toepassingen. De aangesloten bedrijven dragen daarnaast ruim een ton bij, in geld en in diensten.
donderdag 12 januari 2017
Vullingen mogelijk verleden tijd
Binnenkort hoef je misschien nooit meer naar de tandarts voor de pijnlijke behandeling van het vullen van een gaatje. Britse onderzoekers hebben namelijk een medicijn gevonden dat tandgroei bevordert en gaatjes dus vanzelf repareert. Het medicijn Tideglusib wordt nu nog ingezet bij de behandeling van Alzheimerpatiënten. Maar onderzoekers van King's College London, een van de oudste universiteiten van het Verenigd Koninkrijk, ontdekten dat het ook de stamcellen in aangetaste tanden stimuleert om nieuw tandbeen aan te maken.
woensdag 11 januari 2017
Philips gaat samenwerken met Illumina
Philips gaat een strategische samenwerking aan met Illumina, een Amerikaans bedrijf dat leidend is in grootschalige DNA-analyses voor kankeronderzoek. De samenwerking is erop gericht om Illumina's analysesysteem voor genetische variaties te integreren in Intellispace, Het uitlezen van sequenties, om mutaties te vinden, wordt steeds vaker gebruikt voor het classificeren van tumoren in complexe gevallen van kanker, stelde Philips.
dinsdag 10 januari 2017
Vind uw dokter op elk moment
Een Belgische start-up die met Grieks geld wordt gelanceerd, het moet een zeldzaamheid zijn in deze tijden van Eurocrisis. Toch is het in de schaduw van de Acropolis dat DoctorAnytime begon. Het is in Griekenland waar Niset zijn concept ging halen en meteen ook zijn financiering. Nu een eerste kapitaalronde 1 miljoen euro heeft opgeleverd, moet het digitale doktersplatform een gevestigde naam worden. Niset pikte het idee op van DoctorAnytime.gr, en startte een autonome Belgische franchise, "al laten we het IT-gedeelte wel in Griekenland gebeuren, waar het oorspronkelijke platform werd ontwikkeld."
maandag 9 januari 2017
10 miljoen voor database nog niet goedgekeurde medicijnen
Een groep investeerders, onder wie voormalig topman Kees Koolen van Booking.com, steekt 10 miljoen euro in een onderneming die patiënten toegang biedt tot nog niet goedgekeurde medicijnen. Het bedrijf Mytomorrows meent dat de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen nu te lang duurt, waardoor 'uitbehandelde' patiënten soms het gebruik van nuttige medicijnen wordt onthouden. Mytomorrows heeft een digitale database opgebouwd waarop artsen kunnen zien welke experimentele medicijnen mogelijk van nut zijn voor hun patiënten.
Plek lanceert app voor veilige communicatie binnen de zorg
Plek, een communicatieplatform voor teams en organisaties, lanceert in januari 2017 een nieuwe app met versleutelde chat voor veilige communicatie binnen de zorg. Volgens Plek is de app veiliger dan WhatsApp. Enkele honderden mensen testen sinds november de nieuwe veilige chat-functie.
Veel mensen in de zorg communiceren onderling met applicaties zoals WhatsApp. Communicatie via WhatsApp voldoet echter niet aan de richtlijnen voor veilige communicatie binnen de zorg. De versleuteling is niet waterdicht, het is niet altijd even duidelijk wie er in een groep kan meeluisteren en door zogenaamde notificaties kunnen derden soms vertrouwelijke informatie zien.
Zonder veilig alternatief zullen mensen de middelen blijven gebruiken die al beschikbaar zijn. Plek wil daarom een oplossing bieden waarmee teams in de zorg snel zelf kunnen starten.
Teams tot tien personen kunnen gratis gebruik maken van de app met veilige chat. Voor grotere teams en voor meerdere teams in één zorginstelling zijn betaalde abonnementen beschikbaar.
Veel mensen in de zorg communiceren onderling met applicaties zoals WhatsApp. Communicatie via WhatsApp voldoet echter niet aan de richtlijnen voor veilige communicatie binnen de zorg. De versleuteling is niet waterdicht, het is niet altijd even duidelijk wie er in een groep kan meeluisteren en door zogenaamde notificaties kunnen derden soms vertrouwelijke informatie zien.
Zonder veilig alternatief zullen mensen de middelen blijven gebruiken die al beschikbaar zijn. Plek wil daarom een oplossing bieden waarmee teams in de zorg snel zelf kunnen starten.
Teams tot tien personen kunnen gratis gebruik maken van de app met veilige chat. Voor grotere teams en voor meerdere teams in één zorginstelling zijn betaalde abonnementen beschikbaar.
vrijdag 6 januari 2017
Beveiliging ziekenhuiswebsites schiet tekort
De websites van het Martiniziekenhuis en het UMCG zijn onvoldoende beveiligd. Bij het Martiniziekenhuis kon je tot vrijdagmiddag afgekeken worden bij het invullen van een klachtenformulier met medische informatie. Na een vraag van onder andere RTV Noord, heeft het ziekenhuis de beveiliging snel aangepast. Bij het UMCG kan je op een onbeveiligde versie van de website terecht komen, zonder https voor het adres. Die krijg je als je www.umcg.nl bezoekt. Typ je het adres in zonder www, dan heb je wel een beveiligde verbinding.
donderdag 5 januari 2017
LindaCare breidt uit naar de VS
De Leuvense medische startup LindaCare opent een kantoor in Connecticut nadat het vorig jaar grote interesse zag in haar technologie. LindaCare specialiseert zich in het op afstand monitoren van patiënten met chronische ziekten. Dat moet leiden tot betere kwaliteit en lagere behandelingskosten. Vorig jaar kon het bedrijf nog een investering van anderhalf miljoen euro afronden.
woensdag 4 januari 2017
Ziekenhuis gaat pasfoto in patiëntendossier niet verplichten
Het Slingeland Ziekenhuis gaat patiënten niet verplichten hun pasfoto te laten toevoegen aan hun dossier. Ook wordt geen complete scan van het ID-bewijs opgeslagen. Dat meldt woordvoerster Saskia Steenbergen van het Doetinchemse ziekenhuis in reactie op onrust die is ontstaan over de nieuwe wijze van registreren van patiënten. Daarmee worden de komende tijd gefaseerd de nu gebruikte ponskaartjes vervangen. Van het ID-bewijs worden alleen gegevens overgenomen.
dinsdag 3 januari 2017
Aandoeningen opsporen met blaastest
Een groep wetenschappers onder leiding van Hossam Haick van het Israëlische Instituut voor Technologie heeft nu een apparaatje ontwikkeld waarmee het mogelijk is een groot aantal verschillende aandoeningen op te sporen nadat een patiënt erin heeft geblazen, zo meldt Quartz. De wetenschappers verzamelden de adem ruim 1400 patiënten die leden aan zeventien verschillende aandoeningen. Zo was het mogelijk om van elk van de aandoeningen, variërend van MS tot nierkanker, een ‘ademafdruk’ vast te stellen
maandag 2 januari 2017
Patiëntendossiers VS al maanden onbruikbaar
De patiëntendossiers van een Amerikaanse kliniek zijn al maanden onbruikbaar nadat de server waarop de bestanden staan door ransomware werd versleuteld. De server van Desert Care in het Amerikaanse Arizona raakte in augustus van dit jaar door ransomware besmet. Op de server stonden namen, geboortedata, adresgegevens, diagnoses, behandelinformatie en andere gegevens van 500 patiënten, zo blijk uit een melding die op 20 december bij het Amerikaanse ministerie van Gezondheid werd gedaan.