vrijdag 29 september 2017

'eHealth moet wetenschappelijk onderbouwd ontwikkeld worden'

Dat stelde prof. dr. Lilian Lechner, hoogleraar gezondheidspsychologie, tijdens de 33ste diesviering van de Open Universiteit die 26 september 2017 in Heerlen heeft plaatsgevonden. Ondanks het feit dat eHealth toepassingen veel potentieel bieden in de gezondheidszorg, pleit zij ervoor dat deze toepassingen veel meer planmatig en theorie- en evidentie gestuurd worden ontwikkeld. Ook is een duidelijk en herkenbaar keurmerk voor kwaliteit voor de consument nodig, zodat deze in het grote aanbod van eHealth toepassingen duidelijk kan zien welke de goede eHealth toepassingen zijn die werken.

In onze digitale samenleving bestaan er voor bijna ieder aspect van ons leven digitale oplossingen en toepassingen. De verschillende toepassingen rondom gezondheid zijn samen te vatten onder de naam eHealth. Een aantal kenmerken maken eHealth erg geschikt voor zorg en gezondheid. Zo kun je via eHealth toepassingen efficiënte, betaalbare en toegankelijke zorg van hoge kwaliteit bieden. Ook geven eHealth opties gebruikers de kans om de regie over hun eigen gezondheid meer in eigen hand te nemen. Verder heeft eHealth in potentie een groot bereik, het internetgebruik in Nederland is zeer hoog. Ook zijn de mogelijke toepassingen zeer breed; denk aan het geven van informatie, het bieden van ondersteuning, maar ook het geven van trainingen, het begeleiden bij gedragsverandering tot zelfs online therapie. En ten slotte kan eHealth bestaande zorg aanvullen, deels vervangen of het kan geheel nieuwe vormen van zorg bieden.

Er zijn ontelbaar veel toepassingen, maar er is nog weinig inzicht in wat nu eigenlijk werkt. De meeste toepassingen zijn weinig of niet wetenschappelijk onderbouwd. Verder vallen het bereik, het gebruik en het blijvend gebruik van eHealth toepassingen vaak tegen. Ook heeft de consument of zorggebruiker geen overzicht in wat nu goede eHealth toepassingen zijn en wat niet. Een belangrijke zorg bij eHealth toepassingen is de manier waarop de privacy en veiligheid van data zijn geregeld. Bovendien zijn veel nieuwe eHealth toepassingen al weer snel achterhaald, doordat digitale ontwikkelingen steeds sneller gaan zijn. Tot slot vindt integratie van toepassingen in de zorg te weinig plaats.

Lilian Lechner benadrukt dat eHealth toepassingen wetenschappelijk moeten worden onderbouwd. Daarnaast moet er bij de ontwikkeling van eHealth toepassingen voldoende aandacht blijven voor de werkingsmechanismen, de effecten in subgroepen en de lange termijn effecten. Ook moeten we aandacht houden voor de grote verschillen in effectiviteit en kwaliteit van deze toepassingen en de risico’s van gebruik en verspreiding.

Bij de vakgroep Gezondheidspsychologie van de faculteit Psychologie en onderwijswetenschappen van de Open Universiteit vindt al jaren onderzoek plaats naar de ontwikkeling, implementatie en evaluatie van eHealth toepassingen. Dat gebeurt via een speciale vorm van eHealth toepassingen: computer tailoring of advies op maat. Hierbij biedt een computer informatie en advies die optimaal passend zijn bij de individuele kernmerken van een persoon. Dit is deels vergelijkbaar met wat een coach of hulpverlener doet, maar dan beschikbaar voor veel meer mensen tegelijk en tegen veel lagere kosten.

De rede door prof. dr. Lilian Lechner is binnenkort beschikbaar in het redeboek van de dies natalis 2017 op de website www.ou.nl/dies.

donderdag 28 september 2017

Prototype apparaat meet reuma

Met een door de Universiteit Twente (UT) en Europese partners ontworpen apparaat kun je het verschil tussen reumatoïde en ‘gezonde’ vingers zien. Dat blijkt uit een eerste klinisch onderzoek dat is gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Photoacoustics.

Het compacte apparaat kan op termijn – zo verwachten de onderzoekers van de UT en de Ziekenhuis Groep Twente (ZGT) – artsen helpen om objectief te bepalen in welke mate een gewricht ontstoken is.
Enkele jaren geleden hebben onderzoekers van de Universiteit Twente samen met diverse bedrijven een prototype van een apparaat ontwikkeld dat de medische beeldvormingstechnieken echoscopie en fotoakoestiek combineert. De combinatie van deze technieken stelt je in staat om beelden van oppervlakkige delen van het lichaam te maken die veel meer informatie bevatten. Gedachte bij de ontwikkeling was, dat je het apparaat op termijn kunt inzetten voor de detectie van reuma en het bepalen van de ernst van brandwonden, huidkanker en aderverkalking.

In de eerste klinische studie, laten de onderzoekers zien dat het apparaat overduidelijk in staat is om het verschil tussen reumatoïde en gezonde gewrichten te zien. Onderzoeker Pim van den Berg: “Bij de reumatoïde vingers konden we maar liefst vier tot tien keer meer signaal meten dan bij de gezonde gewrichten.” Hiermee functioneert het apparaat volgens Van den Berg op dit vlak, minstens zo goed als echoscopie.

Met dit onderzoek, waaraan zeventien proefpersonen deelnamen, hebben de wetenschappers laten zien dat je met het apparaat kunt aantonen dát een gewricht ontstoken is. De onderzoekers verwachten dat je het uiteindelijk ook kunt gebruiken om te meten in welke mate een gewricht ontstoken is; zeker omdat er nog diverse verbeterslagen van het apparaat in de pijplijn zitten. Dit maakt een diagnose objectiever, omdat je dan niet meer afhankelijk bent van de menselijke waarneming van een arts. 

Echoscopie en fotoakoestiek zijn twee medische beeldvormingstechnieken die elkaar goed aanvullen. Echoscopie geeft een beeld van structuren, terwijl je met fotoakoestiek beelden genereert die meer functionele informatie bevatten, zoals waar bloed zich bevindt.

Bij fotoakoestiek stuur je korte laserpulsen het lichaam van een patiënt in. Als dit laserlicht bijvoorbeeld een bloedvat raakt, veroorzaakt dit een kleine drukverhoging die zich als een geluidsgolf voortplant door het lichaam en op de huid gemeten kan worden. Bij echoscopie stuur je ultrageluid het lichaam in, dat door verschillende weefsels op verschillende manieren wordt weerkaatst en daarna ook op de huid gedetecteerd kan worden. 


woensdag 27 september 2017

Langer thuis wonen met Gronings Internet of Things platform

Geen rondlopende robot in je huis, maar je huis zélf als robot. De Groningse startup ‘ProActivated’ heeft een nieuw platform gelanceerd dat ervoor zorgt dat je huis als geheel je ondersteunt wanneer je zorg nodig hebt. Deze innovatie kan de (thuis)zorg ondersteunen en zorgt ervoor dat ouderen langer thuis kunnen blijven wonen.

De vele kleine toepassingen werken samen als één geheel: het ‘internet of things’. Zo worden digitale agenda’s gekoppeld aan een slimme fotolijst of tlevisie en werken ze samen met sensoren in bijvoorbeeld de medicijnkast. Je krijgt dan niet alleen een seintje als je medicijnen moet innemen, maar er wordt ook gecheckt of dat inderdaad gebeurt. Zo niet, kan meteen familie of zorginstelling worden ingeschakeld.

ProActivated richt zich niet op één toepassing zoals een slimme thermostaat of lichtschakelaar, maar op de samenwerking tussen al deze modules. Verder is het platform stevig beveiligd. Je hackende overbuurman kan dus niet jouw lichtschakelaar bedienen of - erger nog - jouw medicijninname beïnvloeden.

ProActivated wil met haar uitvinding een groeiend maatschappelijk probleem in de zorg oplossen, de kosten verlagen en de levenskwaliteit verbeteren. “Mensen worden steeds ouder, waardoor steeds meer zorg nodig zal zijn. Daarbij komen ook steeds hogere kosten. ProActivated helpt zorg en mantelzorg te ontlasten en dus om die kosten in de hand te houden”, stelt Matthijs de Vries, één van de drie oprichters.

Het platform van ProActivated is inmiddels klaar voor gebruik. Het bedrijf zoekt nu investeerders en zorgverzekeraars om het verder en professioneler uit te rollen naar bijvoorbeeld zorginstanties. ProActivated richt zich voorlopig op de Nederlandse markt, maar kijkt ook al naar omliggende landen. Zo is er inmiddels al interesse gewekt bij Belgische zorginstanties.

dinsdag 26 september 2017

Slimme bril leest voor en herkent gezichten

Op woensdag 27 september wordt in het Nationale Optiekcentrum in Houten nieuwe wearable OrCam MyEye gelanceerd. OrCam MyEye is op dit moment het meest geavanceerde hulpmiddel voor mensen die blind of slechtziend zijn. De mini-camera Orcam MyEye klik je eenvoudig vast op een brilmontuur en leest realtime de tekst voor die de gebruiker aanwijst. Dit kan geprinte of digitale tekst zijn, een boek, de verpakking van de hagelslag in de supermarkt of zelfs straatnaamborden.

De camera is verbonden met een kleine computer die in de broekzak gestoken kan worden of aan een riem gehangen. Wijst de gebruiker naar de tekst op bijvoorbeeld een menukaart, straatnaambord of productverpakking, dan leest de camera realtime de tekst voor; thuis danwel onderweg. Ook kan de OrCam MyEye gezichten leren herkennen en de naam van de persoon noemen die voor de blinde of slechtziende staat. Naast dat de OrCam beschikbaar is in het Nederlands, is de OrCam ook beschikbaar in het Engels, Duits, Italiaans, Spaans, Frans, Hebreeuws en Duits.

Ook herkent de OrCam MyEye de gezichten van mensen en vertelt de camera je wie er voor je staat. Aangezien naar schatting over de gehele wereld 253 miljoen mensen blind- of slechtziend zijn, is de potentiele markt volgens de makers zeer groot.

maandag 25 september 2017

Drones vervoeren bloedmonsters tussen Zwitserse ziekenhuizen


Het Californische bedrijf Matternet heeft van de Zwitserse autoriteiten toestemming gekregen om met drones labresultaten en bloedmonsters tussen ziekenhuizen en klinieken te vervoeren. Het eerste dronenetwerk moet volgende maand van start gaan. Volgend jaar wil Matternet meer van dergelijke dronenetwerken opzetten. De medische locaties krijgen speciale Matternet Stations, futuristische basisstations met een compartiment waar de medische pakketjes ingestopt of uitgehaald kunnen worden.

vrijdag 22 september 2017

Neurowetenschappers bepleiten gebruik Ultra-High Field MRI bij diepe hersenstimulatie

Ultra-High Field 7 Tesla Magnetic Resonance Imaging (UHF-MRI), een techniek die nu alleen nog experimenteel wordt toegepast, zou de nieuwe standaard kunnen worden voor stereotactische neurochirurgie, inclusief diepe hersenstimulatie. Wetenschappers en chirurgen moeten de handen ineen slaan om UHF-MRI beschikbaar te maken in de planningsfase van de chirurgische ingreep. Dit bepleiten UvA-neurowetenschapper Birte Forstmann en collega’s in het wetenschappelijke tijdschrift 'Trends in Biotechnology'.

Diepe hersenstimulatie (deep brain stimulation, DBS) wordt toegepast in de behandeling van patiënten met een neurologische of neuropsychiatrische aandoening, zoals de ziekte van Parkinson, tremor, epilepsie en obsessieve-compulsieve stoornis. Het gaat dan om patiënten bij wie het gebruik van medicatie onvoldoende positief resultaat oplevert. Bij DBS wordt een elektrode geïmplanteerd in de hersenen. Via een stimulator worden elektrische pulsen afgegeven in het gebied rondom de elektrode. Voordat de elektrode wordt ingebracht, wordt op dit moment nog met minder krachtige 1,5 of 3 Tesla MRI-scanners het doelgebied gelokaliseerd, waarna de operatie kan plaatsvinden.

Ondanks het bewezen succes van DBS, ondervindt een deel van de patiënten onvoldoende positieve effecten van de behandeling en kunnen bovendien ongewenste psychiatrische bijwerkingen optreden. In sommige gevallen worden de bijwerkingen toegeschreven aan suboptimale plaatsing van de elektrode. Forstmann, hoogleraar Neuroimaging in Cognitive Neuroscience aan de UvA, en collega’s zijn van mening dat gebruik van krachtigere MRI-scanners - de zogenoemde UHF-MRI scanners - daar verbetering in kan brengen. ‘De afgelopen dertig jaar is grote vooruitgang geboekt met MR-technologie. Subcorticale beeldvorming vormt echter nog altijd een van de grote uitdagingen en is voor DBS met name problematisch, omdat deze doelgebieden erg klein zijn en zich diep in de hersenen bevinden. Met minder krachtige MRI-scanners kunnen deze structuren niet voldoende betrouwbaar in beeld gebracht worden’, aldus Forstmann. De toepassing van UHF-MRI maakt het mogelijk om de doelgebieden in de hersenen met meer detail en hoger contrast zichtbaar te maken.

Forstmann: ‘Met UHF-beeldvorming wordt anatomisch gedetailleerdere beeldvorming mogelijk, waarbij ook de subtiele individuele verschillen in de neuroanatomie van patiënten worden meegenomen.’ Zij voegt hieraan toe dat UHF-MRI ook zou kunnen worden gebruikt voor het bepalen van de verbindingen tussen verschillende hersenstructuren. ‘Het maakt bijvoorbeeld een nauwkeuriger lokalisatie mogelijk van de subthalame kern, die bij Parkinson-patiënten wordt gestimuleerd. Bovendien zouden door de hoge precisie van UHF-MRI tests tijdens de operatie zelf overbodig kunnen worden en zouden operaties onder volledige verdoving kunnen worden uitgevoerd. Op dit moment zijn de patiënten vaak alleen lokaal verdoofd. Volledige verdoving zou de ingreep minder belastend maken voor de patiënt.’

donderdag 21 september 2017

HIV-patiënt kan helft consultaties vermijden via gsm-app

Sinds september testen HIV-patiënten via het Instituut voor Tropische Geneeskunde (ITG) een app die hun gezondheidstoestand opvolgt. Daarmee kunnen ze het aantal consultaties met de helft verminderen. Doordat HIV met medicatie steeds beter beheersbaar is, wordt onderzoek gedaan naar innovatieve manieren voor de opvolging van patiënten. De HIV-kliniek van het ITG test nu een beveiligde smartphone-app. Die toont HIV-patiënten hun laboratoriumresultaten en volgend jaar kunnen ze er ook digitale voorschriften mee ontvangen.

VR-game Deutsche Telekom helpt bij onderzoek naar dementie

Wereldwijd lijden zo'n 47 miljoen mensen aan dementie. Door de vergrijzing neemt dit aantal de komende decennia alleen maar toe. Meer onderzoek naar alzheimer en andere vormen van dementie is dus hard nodig. Deutsche Telekom introduceert daarom de Virtual Reality-game Sea Hero Quest VR, waarmee iedereen kan meehelpen aan grootschalig onderzoek naar verschillende vormen van dementie.

Meer onderzoek is hard nodig, omdat bij veel mensen met dementie de diagnose te laat of zelfs helemaal niet wordt gesteld. Een van de eerste signalen van dementie is dat patiënten moeite hebben om hun weg te vinden, zelfs op bekende plekken. Sea Hero Quest VR test daarom het oriëntatie- en navigatievermogen van de speler. Deze VR-game levert onderzoekers daarmee een schat aan data op voor het vroegtijdig herkennen van dementie.

Het spel bouwt voort op het succes van de mobiele game Sea Hero Quest, die vorig jaar werd gelanceerd. In beide games moet de speler als kapitein een bootje navigeren. De routes worden opgeslagen en de gegevens van álle spelers vormen samen een soort heatmap. In combinatie met kenmerken als geslacht en leeftijd biedt de game waardevolle inzichten in de mogelijke eerste stadia van dementie.

Ruim 3 miljoen mensen speelden Sea Hero Quest mobile. Hiermee is het feitelijk het grootste onderzoek naar dementie ooit. Bij klinisch onderzoek zou het enorm lang duren om zoveel data te verzamelen. Ter illustratie: een speelsessie van twee minuten staat gelijk aan vijf uur laboratoriumonderzoek. De game wordt nu getest voor gebruik in een klinische setting.
Deutsche Telekom heeft het Sea Hero Quest-project opgezet in samenwerking met University College London, University of East Anglia en Alzheimer's Research.

maandag 18 september 2017

Showroom op de 50PlusBeurs toont slimme zorgtechnologie

Technologie maakt het steeds meer mogelijk de kwaliteit van leven te verbeteren, contact met zorgverleners makkelijker te maken en de regie over de eigen gezondheid te vergroten. Deze technologie draagt ook bij aan de betaalbaarheid van de gezondheidszorg. Vaak blijkt dat dit soort slimme zorgtechnologie bij een breed publiek nog grotendeels onbekend is. Daarom staat het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport samen met Bureau Zorginnovatie van 19 t/m 23 september met een pop-up showroom op de 50PlusBeurs.

In de showroom ‘Zorg van Nu’ kunnen bezoekers kennismaken met een aantal van deze technologieën. Denk bijvoorbeeld aan een programma dat online logopedie aanbiedt, animaties die bijsluiters van medicijnen op een heldere manier kunnen uitleggen en slimme huishoudelijke apparaten die ouderen helpen zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen blijven wonen.

Het doel is om mensen te laten ervaren welke voordelen er met deze technologie behaald kunnen worden, voor zichzelf als patiënt, maar ook als mantelzorger of vrijwilliger. Ze kunnen productdemonstraties bijwonen, meedoen aan een quiz en enkele toepassingen om de gezondheid te meten zelf uitproberen. Ook is er ruimte voor bezoekers om in gesprek te gaan met het ministerie van VWS en bureau Zorginnovatie, om vragen te stellen, ervaringen te delen en samen oplossingen te verkennen voor de problemen die worden ervaren.

Na de 50PlusBeurs toert de showroom verder. Zo vestigt de showroom zich tijdelijk in Rotterdam. Gedurende vier maanden kunnen medewerkers uit de zorg, bestuurders, politici en andere geïnteresseerden zich hier laten informeren over innovatieve zorgtechnologie. Daarna bezoekt de showroom verschillende evenementen en publieksbeurzen.

Bovendien helpt Bureau Zorginnovatie gemeenten om zelf een showroom over dit onderwerp op te zetten. Op die manier kan op verschillende plaatsen in het land een nog breder publiek bereikt worden.

vrijdag 15 september 2017

Groen licht voor vijf innovatieve sport- en beweegprojecten

Vijf projecten, gericht op het aan het sporten en bewegen krijgen van kwetsbare groepen, mogen de komende zes maanden aan de slag om hun innovatie verder te ontwikkelen. Ze ontvangen hiervoor steun van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Kwetsbare doelgroepen ervaren nog steeds veel drempels bij het gaan sporten en bewegen. Eind vorig jaar startte minister Edith Schippers (Sport) een SBIR-competitie (‘Small Business Innovation Research’), waarmee zij ondernemers uitdaagde hun innovatieve oplossingen hiervoor te presenteren. Acht ondernemers mochten door naar de tweede fase, waarin zij onderzoek deden naar de haalbaarheid van hun ideeën. Op basis van dit onderzoek zijn nu vijf projecten geselecteerd.

De indieners van de ideeën zijn:
         2M Engineering   
         Nijha B.V
         Fittebedrijven.nl
         Stichting Gelderse Sport Federatie DG
         Natuurvoormensen omgevingspsychologisch onderzoek

De vijf ideeën zijn uiteenlopend, van een virtueel bewegingsprogramma tot het begeleiden van wandelgroepen in de natuur door huisartsen en fysiotherapeuten. Ze zijn gericht op verschillende doelgroepen, zoals dementerende ouderen, mensen met klachten uit bewegingsarmoede en rolstoelgebruikers.

Deze week ontvangen de winnende ondernemers een certificaat van het Ministerie van VWS voor het ontwikkelen van hun innovatie. Dit gebeurt tijdens de KLM Open, waar alle ondernemers die aan de SBIR competitie hebben deelgenomen, zijn uitgenodigd.

woensdag 13 september 2017

Apple zoekt naar onregelmatige hartritmes

Apple werkt met meerdere partners om te kijken of de Apple Watch bekende hartafwijkingen kan detecteren. De aandacht is daarbij bijvoorbeeld gericht op onregelmatige hartslag. Een van de partners is de universiteit van Stanford, een andere is American Well, een aanbieder van gezondheidszorg op afstand. Daarbij wordt gekeken of de Apple Watch geschikt is om abnormale hartslag te detecteren. Dit zou van pas komen om de conditie van patiënten die verhoogd risico lopen beter in de gaten te houden. Dat zegt CNBC.

dinsdag 12 september 2017

Mixed Reality app brengt onderwijs naar hoger niveau


Het Leids Universitair Medisch Centrum en het New Media Lab van Universiteit Leiden lanceren met innovatiepartner InSpark een zogeten mixed reality anatomie app voor de Microsoft HoloLens.

Veel studenten vinden het moeilijk om complexe gewrichten als de enkel te doorgronden. De HoloLens, de innovatieve bril van Microsoft, laat virtuele objecten in 3D zien in de werkelijke omgeving van de brildrager: mixed reality. Vernieuwend van deze app is dat studenten het hologram kunnen bedienen met hun eigen been. De interactie met het eigen lichaam maakt dit uniek in de wereld.

Het zorgt ervoor dat een virtueel onderbeen door de lesruimte zweeft. Studenten kunnen er omheen en onderdoor lopen, onderdelen aan- en uitzetten, en het enkelgewricht laten bewegen. Vernieuwend van deze app is dat studenten het hologram kunnen bedienen met hun eigen been.

Eind vorig jaar wonnen het LUMC, de Universiteit Leiden en het New Media Lab de Innovation Challenge 2016/2017 van ICT-samenwerkingsorganisatie SURF. Met 20.000 euro subsidie hebben zij een proof of concept ontwikkeld, waarmee studenten anatomie kunnen bestuderen op basis van casuïstiek en hun eigen bewegingen. Het streven is om dit concept later dit jaar (gratis) beschikbaar te stellen als app voor de HoloLens.

maandag 11 september 2017

Fitbit Ionic gaat glucoseniveau aan diabetespatiënten tonen

Fitbit is vooral bekend van de fitnesstrackers, maar brengt binnenkort ook zijn eerste echte smartwatch op de markt. De afgelopen tijd zou Fitbit worstelen met de eigen smartwatch, maar na vele geruchten werd de Ionic op 28 augustus eindelijk aangekondigd. De Fitbit Ionic kost in Nederland zo’n €350 en zal vanaf oktober beschikbaar zijn. Voor 2018 komt er echter een nieuwe functie bij die interessant is voor diabetespatiënten. De Fitbit Ionic werkt dan samen met de apparaten van DexCom, zodat je het glucoseniveau kunt uitlezen vanaf je Ionic.

Onderzoek naar grens van glasvezel en naar beeldtechniek voor hart en vaten

Richard Lopata en Alex Alvarado krijgen beiden een Starting Grant van de European Research Council. Lopata gaat daarmee werken aan een nieuwe medische beeldvormingstechniek op basis van een duo-echoscanner, voor betere diagnose van bepaalde cardiovasculaire aandoeningen. Alvarado gaat proberen of hij de huidige maximum datacapaciteit van glasvezel kan doorbreken, omdat die op termijn tekort gaat schieten.

Lopata gaat fundamentele technieken ontwikkelen om de beelden van twee echokoppen, opgenomen vanuit verschillende plekken op het lichaam, te kunnen combineren. Het eerste doel is om artsen te helpen beter het scheuren van aneurysma’ s en hartfalen te voorspellen.

Artsen willen graag vaker in het menselijk lichaam kunnen kijken om te zien wat er mis is, vertelt Lopata, bijvoorbeeld als regelmatige controle. Maar MRI- en CT-scan's zijn erg duur en CT-scans stellen de patiënt bovendien bloot aan veel straling. Beeldvorming met een echoscanner, ofwel met ultrasound, is daarentegen goedkoop en patiëntvriendelijk. Het nadeel is dat met ultrasound maar een klein stukje van het lichaam zichtbaar wordt, en dat het beeld niet in alle richtingen even scherp is.
Lopata wil die beperkingen opheffen door twee gekoppelde 3D-transducenten (echokoppen) te gebruiken. Het probleem dat hij daarvoor moet oplossen, is dat geluid in verschillende soorten weefsel een verschillende snelheid heeft en een verschillende afbuiging, wat combineren bijzonder lastig maakt.

Daarna gaat hij een techniek ontwikkelen om met de dubbele echokop de rek van de hartspier in kaart te brengen. De samentrekbaarheid zegt iets over de gezondheid van het hart, en zou dus een goede voorspeller voor hartfalen kunnen zijn.

Verder gaat hij proberen om de elasticiteit van aneurysma’s – uitgedijde buikslagaders - zichtbaar te maken. Er zijn aanwijzingen dat de stijfheid van de aneurysmawand een voorspeller is van groei of zelfs scheuring - wat vaak dodelijk is. Momenteel krijgen veel patiënten uit voorzorg een operatie, op het moment dat de diameter van de buikslagader groter is dan 5,5 cm. Maar in veel gevallen is dat eigenlijk niet nodig. Lopata hoopt een goedkope techniek te ontwikkelen om mensen met een aneurysma te monitoren, en onnodige behandelingen te voorkomen.

De grote datastromen verlopen wereldwijd allemaal via optische kabels, ofwel glasfiber. Alhoewel de capaciteit van optische kabel enorm groot is, komt de grens in zicht, door het alsmaar groeiende dataverbruik. Om meer data te verzenden is meer vermogen nodig. Boven een bepaalde hoeveelheid lichtvermogen dat door de kabels gaat, raakt het dataverkeer verstoord, doordat de lichtbrekingsindex van het materiaal verandert. Dit heet het Kerr-effect. Het licht in de kabels gaat zich dan niet-lineair gedragen, waardoor het signaal verstoord raakt en de apparatuur de data niet meer goed kan verwerken. De huidige oplossing is om het vermogen in alle gevallen onder die grens te houden. Veel van het R&D-werk wereldwijd richt zich dan ook op maatregelen om non-lineariteit te vermijden.

Alex Alvarado stelt een andere aanpak voor: hij wil juist fundamenteel begrijpen hoe licht in optische kabels zich gedraagt in het non-lineaire gebied. “We moeten non-lineariteiten niet zien als een beperking, we moeten ze juist omarmen en gebruiken om nog meer data te verzenden”, aldus Alvarado. Hij verwacht zo uiteindelijk ongeveer twee keer zoveel vermogen door optische kabels te kunnen sturen. Eenvoudig zal dat niet zijn, want bij dataverkeer met hoge vermogens over grote afstanden is het Kerr-effect niet het enige probleem. De lichtsignalen rekken bij grotere afstanden op, waardoor ze kunnen gaan overlappen (dispersion). En er kruipt steeds meer ruis bij, doordat de signalen onderweg vaak versterkt moeten worden.

De kennis die het project van Alvarado op gaat leveren, kan enorm veel geld schelen, doordat er minder lange-afstandkabels gelegd hoeven te worden, op land en op oceaanbodems. Zijn werk moet het ontwerp van nieuwe optische zender-ontvangers (transceivers) mogelijk maken, die wel om kunnen gaan met non-lineariteit.

donderdag 7 september 2017

Wetenschappers maken camera die door het lichaam heen kan kijken

Wetenschappers van de University of Edinburgh en de Schotse Heriot-Watt University hebben een camera ontwikkeld die door het menselijk lichaam heen kan kijken. Het apparaat werd ontworpen om artsen te helpen bij het volgen van endoscopen tijdens interne onderzoeken. Dat meldt de BBC. Tot nu toe moesten artsen gebruikmaken bijvoorbeeld röntgenscans om de voortgang van de medische instrumenten door het lichaam te volgen.

woensdag 6 september 2017

Ambulancedienst Utrecht schat verwondingen patiënt in met app

De medewerkers van de regionale ambulancedienst in Utrecht nemen een app in gebruik waarmee ze de ernst van de verwondingen van hun patiënt beter kunnen inschatten. Dat moet ervoor zorgen dat patiënten direct naar een gespecialiseerd traumacentrum kunnen worden gebracht, bevestigt de ambulancedienst aan NU.nl na berichtgeving van RTL Nieuws. Volgens de website worden elk jaar duizenden ernstig gewonde personen naar een ziekenhuis gebracht dat niet gespecialiseerd genoeg is om goed te kunnen helpen.

dinsdag 5 september 2017

Medisch centrum VS waarschuwt 19.000 patiënten na ransomware-infectie

Een medisch centrum in de Verenigde Staten heeft 19.000 patiënten gewaarschuwd nadat ransomware systemen met patiëntgegevens compromitteerde. Opmerkelijk aan het incident is dat de ransomware-infectie zich op 17 juni voordeed, maar pas op 7 juli werd ontdekt, zo blijkt uit de brief die patiënten ontvingen. De getroffen systemen bevatten namen, geboortedata, telefoonnummers, gezondheidsinformatie en informatie over behandelingen. Na ontdekking van de ransomware werden er experts ingeschakeld om bij het herstel van de getroffen data te helpen.

maandag 4 september 2017

Philips vernieuwt Philips Sonicare DiamondClean Smart

De op IFA gelanceerde Philips Sonicare DiamondClean Smart is een complete mondverzorgingsoplossing voor een 'gezondere mond'. Samen met het Philips Sonicare Breath Care-systeem biedt Philips via één platform technologieën en diensten aan om mensen te inspireren en te stimuleren hun mondhygiëne beter te verzorgen.

De DiamondClean Smart-tandenborstel combineert de nieuwste Philips Sonicare-innovaties en -functionaliteit, en biedt gebruikers uitstekende resultaten dankzij een intuïtieve poetservaring, nieuwe borstelkoppen en gepersonaliseerde ondersteuning en begeleiding met behulp van slimme sensortechnologie.

Het Philips Sonicare Breath Care-systeem is voorzien van een nieuwe ademanalysefunctie, en meet en registreert de effecten van bacteriën in de mond op de kwaliteit van de adem, om gebruikers te helpen bij het ontwikkelen van een frissere adem en betere mondverzorging. De Philips Sonicare-app functioneert nu als complete digitale oplossing voor persoonlijke mondzorg en stelt gebruikers in staat om hun poetsroutine en ademkwaliteit dagelijks in de gaten te houden, resultaten te delen met mondzorgprofessionals, en eenvoudig toegang te krijgen tot gepersonaliseerde begeleiding en adviezen.

vrijdag 1 september 2017

Studenten TU Delft zetten eerste stappen met nieuw exoskelet voor dwarslaesiepatiënt

Op donderdag 31 augustus heeft Project MARCH, een studententeam van de TU Delft, de eerste stappen gezet met hun nieuwe exoskelet; de MARCH II. Zij zijn het eerste studententeam in Nederland dat dit gerealiseerd heeft. Na een jaar ontwerpen en bouwen lieten de studenten het ondersteunend robotisch pak voor het eerst zien aan de buitenwereld. Met deze nieuwe medisch technologische ontwikkeling wil het team mensen met een dwarslaesie helpen hun dagelijkse activiteiten weer uit te voeren. Tijdens de testdag heeft Ruben de Sain - dwarslaesiepatiënt en piloot van het team - de eerste officiële stappen gezet richting de Cybathlon Experience, een soort Paralympische Spelen met bionische hulpmiddelen. De studenten willen deze wedstrijd begin oktober in Düsseldorf gebruiken om te laten zien dat het mogelijk is om met verlamde benen op te staan uit een diepe sofa, over ruw terrein te lopen of een trap op te lopen.

Met het door de studenten zelf ontworpen en gebouwde exoskelet laat Project MARCH mensen met een dwarslaesie opnieuw  lopen. Het gebruik van een exoskelet heeft grote voordelen voor de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van de gebruiker. “Het lopen draagt ook bij aan de algehele mentale en fysieke fitheid en heeft een gunstig effect op bijkomende complicaties van een dwarslaesie, zoals blaas- en darmproblematiek,” zegt Ilse van Nes, revalidatiearts bij de Sint Maartenskliniek waar Ruben de Sain eerder een revalidatieprogramma heeft gevolgd waarbij gebruik werd gemaakt van een commercieel exoskelet. Een exoskelet is voor de gebruiker veel meer dan een technologie die de verloren beenfunctie teruggeeft. “Het feit dat je na 10 jaar gewoon weer kan staan en familie en vrienden op ooghoogte kan aankijken geeft me een ontzettend fijn gevoel,” vertelt Ruben.

Het vermogen om iemand met een dwarslaesie weer volledige mobiliteit terug te geven is voor 31 studenten van de TU Delft dé motivatie om zich een jaar lang vrijwillig in te zetten voor dit project. Een jaar geleden zijn zij begonnen met het ontwerpen van een compleet nieuw gebruiksvriendelijk exoskelet. Inmiddels is dit ontwerp ook daadwerkelijk gerealiseerd en hebben ze een tastbaar exoskelet waarmee ze kunnen trainen. Na de eerste succesvolle trainingen is het studententeam er nu in geslaagd om daadwerkelijk te lopen met hun exoskelet. “Wij zijn ontzettend blij dat dit gelukt is en ik ben enorm trots op het team en Ruben om alles wat we tot nu toe bereikt hebben. Nu deze stappen een feit zijn, zullen wij officieel het intensieve trainingstraject starten voor de Cybathlon Experience,” vertelt Dingemanse, teammanager van Project MARCH. Het team heeft hiervoor nog tot begin oktober de tijd.

De Cybathlon Experience is een wedstrijd voor bionische para-atleten waar commerciële en academische teams met een exoskelet zo snel mogelijk de vier onderdelen van de wedstrijd, die ontworpen zijn als imitaties van alledaagse situaties, moeten trotseren. In september 2016 vond de eerste Cybathlon plaats in Zürich. Dit jaar is de wedstrijd onderdeel van het Rehacare evenement, een internationale beurs van 4 tot en met 7 oktober in Düsseldorf gefocust op revalidatie. “Naast het competitieve element is deze wedstrijd vooral een belangrijk moment voor alle teams om hun exoskelet te testen op de toepasbaarheid in het dagelijks leven en kennis uit te wisselen. Gezamenlijk hopen wij een extra boost te geven aan deze medisch technologische ontwikkeling,” besluit Dingemanse.