Een groep van bestaande en nieuwe investeerders steekt samen 32 miljoen euro in het medische technologiebedrijf Xeltis. Het bedrijf is voortrekker in het maken van bijzondere implantaten om hartkleppen en bloedvaten te vervangen. Deze technologie vindt voor een deel zijn oorsprong in onderzoek van de TU Eindhoven. Daarbij nemen levende cellen van de patiënt zelf het implantaat over, waardoor de natuurlijke cardiovasculaire functie hersteld wordt.
De aanpak van het Zwitsers-Nederlandse bedrijf Xeltis moet de beperkingen van bestaande kunstmatige oplossingen overwinnen. Het door Xeltis ontwikkelde proces genaamd ‘Endogeen Weefselherstel’ (Endogenous Tissue Restoration, ETR) gebruikt het natuurlijke genezingsproces van de patiënt om hartkleppen en bloedvaten met het eigen weefsel van de patiënt te herstellen.
De implanteerbare hartkleppen en bloedvaten kunnen zich ontwikkelen tot gezonde, levende kleppen en vaten door het natuurlijke genezingsproces van het lichaam te benutten en weefselvorming na implantatie te bevorderen. De hulpmiddelen van Xeltis worden gemaakt van supramoleculaire polymeren door met ‘electrospinning’ een microstructuur te vormen die weefselvorming mogelijk maakt. Xeltis ontwikkelt inmiddels drie soorten cardiovasculaire implantaten: pulmonaalkleppen, kunstvaten voor bypassoperaties en kunstvaten voor vaattoegang bij hemodialyse.
Deze technologie van Xeltis vindt zijn oorsprong in het onderzoek van verschillende groepen van de TU Eindhoven. In 2006 onstond het bedrijf uit een fusie met QTIS, opgericht door TU/e-alumnus Martijn Cox. De koppeling tussen Xeltis en het onderzoek is altijd blijven bestaan. Zo is het bedrijf met één van de twee hoofdkantoren nog steeds fysiek gezeteld op de TU/e-campus en vindt alle R&D in Eindhoven plaats.
vrijdag 24 februari 2023
donderdag 23 februari 2023
Proof-of-concept van bloedsuikermeter zonder naald
Apple heeft een proof-of-concept van een bloedsuikermeter die werkt zonder naald en bloedafname.
Het project heeft nu de naam E5, schrijft Bloomberg. De gebruikte techniek is volgens het persbureau optische absorptiespectroscopie. Daarbij meten sensors het teruggekaatste licht van lasers, die onder de huid stuiten op stoffen die uit haarvaten lekken.
Het proof-of-concept heeft nu nog het formaat van een iPhone, maar de meter zou de komende jaren kleiner moeten worden om te integreren in bijvoorbeeld de Apple Watch.
Het project heeft nu de naam E5, schrijft Bloomberg. De gebruikte techniek is volgens het persbureau optische absorptiespectroscopie. Daarbij meten sensors het teruggekaatste licht van lasers, die onder de huid stuiten op stoffen die uit haarvaten lekken.
Het proof-of-concept heeft nu nog het formaat van een iPhone, maar de meter zou de komende jaren kleiner moeten worden om te integreren in bijvoorbeeld de Apple Watch.
woensdag 22 februari 2023
Hartscan Apple Watch krijgt Nederlandse praktijktest
De Apple Watch heeft een ingebouwde hartslagmeter en ECG-scanner. Cardiologie Centra Nederland gaat het slimme horloge nu voor het eerst in de praktijk testen om hartritmestoornissen vroegtijdig te detecteren.
De Apple Watch bevat sinds het eerste model uit 2015 al een hartslagmeter die de hartslag van de gebruiker de hele dag in kaart brengt. Sinds 2018 bevatten nieuwe Apple Watches ook een ECG-scanner, waarmee gebruikers zelf gemakkelijk een hartfilmpje kunnen maken.
Cardiologie Centra Nederland (CCN) gaat die functie nu voor het eerst in de praktijk testen, onder de doelgroep die daadwerkelijk een verhoogd risico loopt op atriumfibrilleren.
De Apple Watch bevat sinds het eerste model uit 2015 al een hartslagmeter die de hartslag van de gebruiker de hele dag in kaart brengt. Sinds 2018 bevatten nieuwe Apple Watches ook een ECG-scanner, waarmee gebruikers zelf gemakkelijk een hartfilmpje kunnen maken.
Cardiologie Centra Nederland (CCN) gaat die functie nu voor het eerst in de praktijk testen, onder de doelgroep die daadwerkelijk een verhoogd risico loopt op atriumfibrilleren.
maandag 20 februari 2023
Met de Skindr app heb je binnen 48 uur een afspraak met de dermatoloog
Besmettelijke huidaandoeningen, zoals schurft, kunnen met de Skindr app vroegtijdig herkend en behandeld worden zonder verwijsbrief van de huisarts. De app is nu ook in Nederland verkrijgbaar.
Oprichters Jochen Boeykens (voormalig acnepatiënt en IT-ondernemer) en Annelies Avermaete (dermatoloog in ziekenhuis Sorgsaam, Terneuzen), sloegen twee jaar geleden de handen ineen om dermatologen meer flexibiliteit te geven in hun agenda. Ze ontwikkelden het online platform en de app waarmee het team van dermatologen inmiddels 10.000 patiënten in België hebben geholpen met hun huidproblemen. Patienten hoeven alleen een foto te maken van het huidprobleem.
Skindr linkt je direct met de meest geschikte dermatoloog voor jou. De dermatoloog onderzoekt het probleem en stelt binnen 48 uur een advies met behandelplan op.
Volgens de oprichters kan meer dan 95 procent van de patiënten volledig online geholpen worden, waardoor de druk bij praktijken en ziekenhuizen wordt verlicht. Tevens werkt de app drempelverlagend: bij huidaandoeningen waar men zich voor zou kunnen schamen, maar bijvoorbeeld ook een SOA, is het minder spannend om een online consult in te plannen dan een fysieke afspraak.
De app is geen vervanging van het traditionele consult, eerder een aanvulling. In gevallen zoals bijvoorbeeld het verwijderen van een verdachte moedervlek, is altijd een bezoek aan de praktijk of ziekenhuis nodig. Met Skindr wordt de wachttijd voor een afspraak ingekort naar gemiddeld 48 uur en ben je direct in contact met een dermatoloog zonder verwijsbrief van de huisarts.
De prijs voor een Skindr consult is 39 euro.
Oprichters Jochen Boeykens (voormalig acnepatiënt en IT-ondernemer) en Annelies Avermaete (dermatoloog in ziekenhuis Sorgsaam, Terneuzen), sloegen twee jaar geleden de handen ineen om dermatologen meer flexibiliteit te geven in hun agenda. Ze ontwikkelden het online platform en de app waarmee het team van dermatologen inmiddels 10.000 patiënten in België hebben geholpen met hun huidproblemen. Patienten hoeven alleen een foto te maken van het huidprobleem.
Skindr linkt je direct met de meest geschikte dermatoloog voor jou. De dermatoloog onderzoekt het probleem en stelt binnen 48 uur een advies met behandelplan op.
Volgens de oprichters kan meer dan 95 procent van de patiënten volledig online geholpen worden, waardoor de druk bij praktijken en ziekenhuizen wordt verlicht. Tevens werkt de app drempelverlagend: bij huidaandoeningen waar men zich voor zou kunnen schamen, maar bijvoorbeeld ook een SOA, is het minder spannend om een online consult in te plannen dan een fysieke afspraak.
De app is geen vervanging van het traditionele consult, eerder een aanvulling. In gevallen zoals bijvoorbeeld het verwijderen van een verdachte moedervlek, is altijd een bezoek aan de praktijk of ziekenhuis nodig. Met Skindr wordt de wachttijd voor een afspraak ingekort naar gemiddeld 48 uur en ben je direct in contact met een dermatoloog zonder verwijsbrief van de huisarts.
De prijs voor een Skindr consult is 39 euro.
vrijdag 17 februari 2023
Meer Nederlanders gebruiken slimme gezondheidsapparaten
Twaalf procent van de Nederlanders van 16 tot 75 jaar gebruikte in 2022 slimme gezondheidsapparaten. Alleen in Denemarken werd dit vaker gedaan. Het EU-gemiddelde in 2022 was 6 procent, zo blijkt uit vandaag gepubliceerde cijfers van het CBS.
In de eerste helft van 2022 maakte 46 procent van de Nederlanders van 12 jaar of ouder via interneteen afspraak met de huisarts of medisch specialist. Twee jaar eerder was dat nog 31 procent. Ook worden medische gegevens vaker online bekeken en wordt er steeds meer gebruik gemaakt van online diensten, zoals consulten en herhaalrecepten aanvragen. Dit blijkt uit onderzoek door het CBS.
Vooral tussen 2020 en 2021 nam het gebruik van internet voor deze medische diensten sterker toe. Mogelijk komt dit door de coronapandemie, waardoor deze diensten in de eerste helft van 2021 meer digitaal werden aangeboden, terwijl er in de eerste helft van 2022 weer meer behoefte bestond aan persoonlijk contact.
Verder kocht 18 procent medicijnen via internet en 5 procent gebruikte betaalde gezondheidsapps.
De enquête ICT-gebruik van huishoudens en personen wordt jaarlijks in de maanden april tot juli door het CBS gehouden. In 2022 namen ruim 6000 mensen van 12 jaar of ouder hieraan deel.
In de eerste helft van 2022 maakte 46 procent van de Nederlanders van 12 jaar of ouder via interneteen afspraak met de huisarts of medisch specialist. Twee jaar eerder was dat nog 31 procent. Ook worden medische gegevens vaker online bekeken en wordt er steeds meer gebruik gemaakt van online diensten, zoals consulten en herhaalrecepten aanvragen. Dit blijkt uit onderzoek door het CBS.
Vooral tussen 2020 en 2021 nam het gebruik van internet voor deze medische diensten sterker toe. Mogelijk komt dit door de coronapandemie, waardoor deze diensten in de eerste helft van 2021 meer digitaal werden aangeboden, terwijl er in de eerste helft van 2022 weer meer behoefte bestond aan persoonlijk contact.
Verder kocht 18 procent medicijnen via internet en 5 procent gebruikte betaalde gezondheidsapps.
De enquête ICT-gebruik van huishoudens en personen wordt jaarlijks in de maanden april tot juli door het CBS gehouden. In 2022 namen ruim 6000 mensen van 12 jaar of ouder hieraan deel.
donderdag 16 februari 2023
Experiment om bemande en onbemande luchtvaart veilig samen te laten vliegen
Luchtverkeersleiding Nederland, ANWB en KPN starten een experiment met een digitale dronecorridor. Hierbij worden medische dronevluchten tussen twee vestigingen van ziekenhuis Isala in Zwolle en Meppel mogelijk, waarbij met spoed bloed, medicijnen en diagnostische monsters worden vervoerd.
Op dit moment is er nog geen inrichting en handhaving van het luchtruim voor BVLOS (Beyond Visual Line of Sight) dronevluchten. Ook wetgeving en regulering zijn nog volop in ontwikkeling en dronegebruikers moeten ruim van tevoren goedkeuring aanvragen om een drone door gecontroleerd luchtruim te laten vliegen.
Met de digitale snelweg voor drones wordt een volgende stap gezet om bemande en onbemande luchtvaart samen veilig in het Nederlandse luchtruim te laten vliegen zodat er in de nabije toekomst meer ruimte komt voor dronevluchten.
De digitale corridor maakt het mogelijk dat in een deel van het luchtruim waar bemande vliegtuigen vliegen ook ruimte is voor onbemande drones. Bovendien gaat de drone tijdens de vlucht communiceren met een Unmanned Traffic Managementsysteem (UTM-systeem) waardoor de vlucht veiliger en op langere afstand wordt uitgevoerd.
De eerste vluchten zijn gepland in de eerste helft van 2023 tussen twee vestigingen van ziekenhuis Isala. Later dit jaar worden ook op andere plaatsen vluchten uitgevoerd, bijvoorbeeld in de buurt van Rotterdam. Daarmee wordt ervaring opgedaan in een drukker luchtruim, vanwege de nabijheid van Rotterdam-The Hague Airport. Door in twee verschillende typen luchtruim te testen met dronevluchten, wordt in alle mogelijke omstandigheden ervaring opgedaan.
De ANWB zal onder de naam Medical Drone Service als operator de medische dronetransporten uitvoeren. KPN is in dit samenwerkingsverband de partner die de connectiviteit en digitale diensten levert, zoals de dataverstrekking voor de routeplanner voor drones, om de dronevluchten mogelijk te maken.
Op dit moment is er nog geen inrichting en handhaving van het luchtruim voor BVLOS (Beyond Visual Line of Sight) dronevluchten. Ook wetgeving en regulering zijn nog volop in ontwikkeling en dronegebruikers moeten ruim van tevoren goedkeuring aanvragen om een drone door gecontroleerd luchtruim te laten vliegen.
Met de digitale snelweg voor drones wordt een volgende stap gezet om bemande en onbemande luchtvaart samen veilig in het Nederlandse luchtruim te laten vliegen zodat er in de nabije toekomst meer ruimte komt voor dronevluchten.
De digitale corridor maakt het mogelijk dat in een deel van het luchtruim waar bemande vliegtuigen vliegen ook ruimte is voor onbemande drones. Bovendien gaat de drone tijdens de vlucht communiceren met een Unmanned Traffic Managementsysteem (UTM-systeem) waardoor de vlucht veiliger en op langere afstand wordt uitgevoerd.
De eerste vluchten zijn gepland in de eerste helft van 2023 tussen twee vestigingen van ziekenhuis Isala. Later dit jaar worden ook op andere plaatsen vluchten uitgevoerd, bijvoorbeeld in de buurt van Rotterdam. Daarmee wordt ervaring opgedaan in een drukker luchtruim, vanwege de nabijheid van Rotterdam-The Hague Airport. Door in twee verschillende typen luchtruim te testen met dronevluchten, wordt in alle mogelijke omstandigheden ervaring opgedaan.
De ANWB zal onder de naam Medical Drone Service als operator de medische dronetransporten uitvoeren. KPN is in dit samenwerkingsverband de partner die de connectiviteit en digitale diensten levert, zoals de dataverstrekking voor de routeplanner voor drones, om de dronevluchten mogelijk te maken.
woensdag 15 februari 2023
Universiteit Twente en Vilans intensiveren samenwerking op onderzoek digitale zorg
Decaan Tanya Bondarouk van de Faculteit Behavioural, Management and Social Sciences (BMS) en bestuurders Mirella Minkman en Erwin Bleumink van de kennisorganisatie voor zorg en ondersteuning Vilans tekenden deze week een samenwerkingsovereenkomst over ‘Waardegedreven digitale zorg’. Beide partijen trekken gezamenlijk op in onderzoeksprojecten rondom dit maatschappelijk zeer belangrijke onderwerp om kennis beter te verbinden met de praktijk.
Als onderdeel van de overeenkomst gaat Nap als verbindende schakel naast zijn werk bij Vilans ook een deel van de tijd bij de Universiteit Twente werken aan het Thema ‘Waardegedreven Digitale Zorg’. Dit zal leiden tot intensieve samenwerking in verschillende onderzoeksprojecten. Van waardebepaling van digitale zorg in de praktijk, tot onderzoek naar gebruik van kunstmatige intelligentie in de zorg, tot onderzoek naar de ethische aspecten van eHealth en het ontwerp van mensgerichte zorgtechnologie. Tijdens het mini-symposium ter ere van de samenwerking kwam een breed scala aan mogelijkheden voor verder onderzoek en kennisdeling aan bod.
Als onderdeel van de overeenkomst gaat Nap als verbindende schakel naast zijn werk bij Vilans ook een deel van de tijd bij de Universiteit Twente werken aan het Thema ‘Waardegedreven Digitale Zorg’. Dit zal leiden tot intensieve samenwerking in verschillende onderzoeksprojecten. Van waardebepaling van digitale zorg in de praktijk, tot onderzoek naar gebruik van kunstmatige intelligentie in de zorg, tot onderzoek naar de ethische aspecten van eHealth en het ontwerp van mensgerichte zorgtechnologie. Tijdens het mini-symposium ter ere van de samenwerking kwam een breed scala aan mogelijkheden voor verder onderzoek en kennisdeling aan bod.
dinsdag 14 februari 2023
Krachtige MRI-scanner spoort uitzaaiingen van prostaatkanker eerder op
Het vroeg vinden van uitzaaiingen heeft grote invloed op de prognose en behandeling van kanker. Een krachtige MRI-scanner en een nieuw contrastmiddel spoort uitzaaiingen van prostaatkanker in lymfeklieren eerder op. Dat blijkt uit onderzoek van het Radboudumc.
Bij kanker is het cruciaal om te weten of de ziekte uitgezaaid is of niet. Het bepaalt de prognose en de behandeling. Een nieuwe aanpak brengt hele kleine uitzaaiingen in lymfeklieren bij patiënten met prostaatkanker in beeld. Daarmee is uitgezaaid prostaatkanker eerder aan te tonen. Dit blijkt uit onderzoek uitgevoerd bij twintig patiënten onder leiding van hoogleraar Biomedische Magnetische Resonantie Tom Scheenen van het Radboudumc.
Voor de eerste keer worden twee recent ontwikkelde technieken gecombineerd: een MRI-scan van de onderbuik op een scanner met een magnetische veldsterkte van zeven Tesla en het gebruik van magnetische ijzeroxide-nanodeeltjes als contrastmiddel. Door de hoge veldsterkte – normale scanners gebruiken anderhalf tot drie Tesla – is het MRI-beeld veel scherper. De ijzeroxide-deeltjes stapelen zich op in normale lymfeklieren en dempen daar het MRI-signaal. In kliertjes met uitzaaiingen vindt die stapeling niet plaats, waardoor het MRI-signaal sterk blijft.
Het onderzoek is uitgevoerd in samenwerking met de universiteit Duisburg-Essen, waar de geavanceerde scanner staat in het Erwin L. Hahn instituut voor MRI. Deze scanner wordt doorgaans gebruikt voor scans van het hoofd en van ledematen. Scannen van de onderbuik, waar de prostaat en omliggende lymfeklieren zich bevinden, was technisch zeer uitdagend.
Bij kanker is het cruciaal om te weten of de ziekte uitgezaaid is of niet. Het bepaalt de prognose en de behandeling. Een nieuwe aanpak brengt hele kleine uitzaaiingen in lymfeklieren bij patiënten met prostaatkanker in beeld. Daarmee is uitgezaaid prostaatkanker eerder aan te tonen. Dit blijkt uit onderzoek uitgevoerd bij twintig patiënten onder leiding van hoogleraar Biomedische Magnetische Resonantie Tom Scheenen van het Radboudumc.
Voor de eerste keer worden twee recent ontwikkelde technieken gecombineerd: een MRI-scan van de onderbuik op een scanner met een magnetische veldsterkte van zeven Tesla en het gebruik van magnetische ijzeroxide-nanodeeltjes als contrastmiddel. Door de hoge veldsterkte – normale scanners gebruiken anderhalf tot drie Tesla – is het MRI-beeld veel scherper. De ijzeroxide-deeltjes stapelen zich op in normale lymfeklieren en dempen daar het MRI-signaal. In kliertjes met uitzaaiingen vindt die stapeling niet plaats, waardoor het MRI-signaal sterk blijft.
Het onderzoek is uitgevoerd in samenwerking met de universiteit Duisburg-Essen, waar de geavanceerde scanner staat in het Erwin L. Hahn instituut voor MRI. Deze scanner wordt doorgaans gebruikt voor scans van het hoofd en van ledematen. Scannen van de onderbuik, waar de prostaat en omliggende lymfeklieren zich bevinden, was technisch zeer uitdagend.
maandag 13 februari 2023
Ziekte beter begrijpen met nagebootst mensenhart
Boots in een laboratorium het menselijk hart na. Voeg aan het model een eiwit toe. Kijk hoe vervolgens een ziekte ontstaat en zich ontwikkelt.
In een notendop is dit de manier waarop onderzoekers en artsen binnen het Circulatory Health Research Center van het UMC Utrecht proberen kennis te verwerven waarmee op den duur eerder is vast te stellen dat iemand cardiale amyloïdose heeft die samenhangt met het eiwit transthyretine. Mensen met deze ziekte hebben hartklachten en/of neurologische problemen waardoor zij kunnen overlijden. Vroege ontdekking zou betekenen: vroege behandeling en minder schade.
UMC gebruikt 3D-hartweefselmodellen voor TTR-amyloïdose-onderzoek. Bij 2D gebruik je maar één cellaag en één celtype. Een 3D-stukje weefsel benadert het menselijk hart veel meer. Het gaat om 3D-modellen op een chip, zodat men bijvoorbeeld ook circulatie van bloed, met daarin eiwitten, kunt creëren en kunt zien wat daarvan de invloed is op het hart.
Mede vanwege de kosten zijn de modellen minuscuul: het kleinste is nog geen halve millimeter, het ‘grootste’ een paar millimeter. In ongeveer drie weken kan men kloppende jonge hartspiercellen maken vanuit iPS-cellen.
Is een model eenmaal gereed, dan kunnen de onderzoekers TTR toevoegen en het effect ervan op het hartweefsel in kaart brengen.
In een notendop is dit de manier waarop onderzoekers en artsen binnen het Circulatory Health Research Center van het UMC Utrecht proberen kennis te verwerven waarmee op den duur eerder is vast te stellen dat iemand cardiale amyloïdose heeft die samenhangt met het eiwit transthyretine. Mensen met deze ziekte hebben hartklachten en/of neurologische problemen waardoor zij kunnen overlijden. Vroege ontdekking zou betekenen: vroege behandeling en minder schade.
UMC gebruikt 3D-hartweefselmodellen voor TTR-amyloïdose-onderzoek. Bij 2D gebruik je maar één cellaag en één celtype. Een 3D-stukje weefsel benadert het menselijk hart veel meer. Het gaat om 3D-modellen op een chip, zodat men bijvoorbeeld ook circulatie van bloed, met daarin eiwitten, kunt creëren en kunt zien wat daarvan de invloed is op het hart.
Mede vanwege de kosten zijn de modellen minuscuul: het kleinste is nog geen halve millimeter, het ‘grootste’ een paar millimeter. In ongeveer drie weken kan men kloppende jonge hartspiercellen maken vanuit iPS-cellen.
Is een model eenmaal gereed, dan kunnen de onderzoekers TTR toevoegen en het effect ervan op het hartweefsel in kaart brengen.
vrijdag 3 februari 2023
Delftse ontwerpmethode laat kankerpatiënten door de bomen het bos weer zien
Voor kankerpatiënten is het moeilijk om een goed overzicht te houden over hun situatie. Ingeborg Griffioen, Delfts Industrieel ontwerper, ontwikkelde daarom de ontwerpmethode Metro Mapping voor patiënten en zorgverleners, om samen tot betere beslissingen te komen over de behandeling.
Ontwerpwetenschappers van de TU Delft gaan Griffioens methode nu samen met medische professionals en onderzoekers van het Erasmus MC en LUMC en het ontwerpbureau Panton verder ontwikkelen en toepassen in Nederland, Denemarken en Spanje.
Patiënten met kanker moeten, in samenspraak met hun artsen, belangrijke beslissingen nemen over hun medische behandeling. Hierbij hebben zij vaak te maken met complexe afwegingen tussen overlevingskansen, risico’s van de behandelingen, en levenskwaliteit. Maar het weloverwogen nemen van deze beslissingen blijkt in de praktijk vaak lastig. Patiënten hebben vaak te maken met beperkte informatievoorziening, onvoldoende inzicht in het verloop van hun behandeling, ingewikkelde procedures en verwarring over wie de regie heeft, bijvoorbeeld de oncoloog, chirurg of de huisarts.
Om dit te verbeteren en te komen tot werkelijk gedeelde besluitvorming tussen patiënt en de behandelaars, ontwierp Ingeborg Griffioen de methode Metro Mapping. Het project werd mede gefinancierd door het KWF.
Griffioen benaderde gedeelde besluitvorming op unieke wijze, namelijk als een ‘dienst’ die beter kan. Ze gebruikte een metrolijn als metafoor om de behandeltrajecten van kanker overzichtelijk vorm te geven. Het traject is volgens haar namelijk niet een enkel treintje, maar bestaat uit meerdere trajecten met overstapmomenten waarbij je nieuwe zorgteams krijgt, en er nieuwe beslismomenten komen. Om ervoor te zorgen dat een patiënt mee kan doen aan besluitvorming moet hij continu overzicht hebben. Zodoende blijft er meer ruimte over om goed samen mee te kunnen beslissen bij de behandeling.
Ontwerpwetenschappers van de TU Delft gaan Griffioens methode nu samen met medische professionals en onderzoekers van het Erasmus MC en LUMC en het ontwerpbureau Panton verder ontwikkelen en toepassen in Nederland, Denemarken en Spanje.
Patiënten met kanker moeten, in samenspraak met hun artsen, belangrijke beslissingen nemen over hun medische behandeling. Hierbij hebben zij vaak te maken met complexe afwegingen tussen overlevingskansen, risico’s van de behandelingen, en levenskwaliteit. Maar het weloverwogen nemen van deze beslissingen blijkt in de praktijk vaak lastig. Patiënten hebben vaak te maken met beperkte informatievoorziening, onvoldoende inzicht in het verloop van hun behandeling, ingewikkelde procedures en verwarring over wie de regie heeft, bijvoorbeeld de oncoloog, chirurg of de huisarts.
Om dit te verbeteren en te komen tot werkelijk gedeelde besluitvorming tussen patiënt en de behandelaars, ontwierp Ingeborg Griffioen de methode Metro Mapping. Het project werd mede gefinancierd door het KWF.
Griffioen benaderde gedeelde besluitvorming op unieke wijze, namelijk als een ‘dienst’ die beter kan. Ze gebruikte een metrolijn als metafoor om de behandeltrajecten van kanker overzichtelijk vorm te geven. Het traject is volgens haar namelijk niet een enkel treintje, maar bestaat uit meerdere trajecten met overstapmomenten waarbij je nieuwe zorgteams krijgt, en er nieuwe beslismomenten komen. Om ervoor te zorgen dat een patiënt mee kan doen aan besluitvorming moet hij continu overzicht hebben. Zodoende blijft er meer ruimte over om goed samen mee te kunnen beslissen bij de behandeling.