dinsdag 27 mei 2025

Nederlandse MedTech scale-up STIL haalt 2 miljoen euro op om internationale groei te versnellen

Afgelopen maandag sloot STIL haar investeringscampagne succesvol af met een opbrengst van ruim 2 miljoen euro. Dit groeikapitaal wordt ingezet om de opschaling van hun oplossing voor trillende handen, de STIL Orthese, te versnellen. Deze orthese vermindert trillingen tot wel 80% zonder medicatie of operatie en helpt gebruikers hun zelfstandigheid terug te winnen.

Wereldwijd hebben meer dan 30 miljoen mensen last van trillende handen, waaronder ruim 100.000 in Nederland. Dit komt vaak door neurologische aandoeningen zoals Parkinson, essentiële tremor, dystonie en MS. De onvrijwillige trillingen maken dagelijkse handelingen als eten, schrijven en drinken moeilijk of onmogelijk. Tremor heeft niet alleen gevolgen voor zelfstandigheid, maar beïnvloedt ook het sociaal functioneren; schaamte zorgt ervoor dat mensen zich terugtrekken en sociale situaties vermijden.

IJsbrand de Lange, werktuigbouwkundig ingenieur afgestudeerd aan de TU Delft, startte in 2017 zijn zoektocht naar een oplossing. Hij merkte dat medicatie vaak onvoldoende werkt en veel bijwerkingen heeft, en slechts 12% van de essentiële tremorpatiënten tevreden is met hun zorg. Vanuit zijn technische achtergrond benaderde hij tremor als een probleem van ongewenste mechanische trillingen, een probleem dat bij machines goed te onderdrukken is. Zo begon zijn missie om mensen met tremors weer controle over hun leven te geven.

Dit leidde tot de ontwikkeling van de STIL Orthese, een volledig mechanische orthese die trillingen aanzienlijk vermindert en het leven van mensen met tremor vergemakkelijkt. Door demping in de gewrichten van de onderarm wordt de tremor weggefilterd, terwijl vrijwillige beweging behouden blijft, zonder gebruik van elektrische spier- of zenuwstimulatie. In tegenstelling tot veel andere behandelmethodes is de STIL Orthese non-invasief: het wordt om arm en hand gedragen zonder operatie, en de voordelen zijn direct merkbaar.

In 2022 toonde een klinische studie de effectiviteit van STIL aan, waarna het hulpmiddel ISO 13485- en CE-gecertificeerd werd en geregistreerd bij de FDA. Sinds 2023 is de orthese officieel verkrijgbaar in Nederland via orthopedische distributeurs en helpt het al honderden mensen. Na de lancering in Duitsland in het najaar van 2024 volgden België en Italië in 2025.

Volgens De Lange stopt het succes hier niet: tremor is een chronisch probleem dat toeneemt, met een verdubbeling van het aantal Parkinsonpatiënten in 25 jaar en bijna 6% van de 65-plussers die ermee te maken krijgt. De vergrijzing zal dit alleen maar verergeren. STIL streeft ernaar om de orthese wereldwijd beschikbaar te maken en zo miljoenen mensen verlichting te bieden.

Met de opgehaalde groeifinanciering van €2 miljoen wil STIL haar verkoop in Europa en later de VS uitbreiden, een nieuw product ontwikkelen dat nog meer soorten tremor kan dempen, de kostprijs van de huidige orthese verlagen en het traject naar vergoeding versnellen.

maandag 26 mei 2025

BeterDichtbij lanceert kant-en-klare hybride zorgpaden

De BeterDichtbij Academie is uitgebreid met de eerste kant-en-klare hybride zorgpaden vanuit ziekenhuizen en revalidatiecentra. Deze zorgpaden bevatten een volledig tijdpad, best practices van zorgprofessionals zelf én een set digitale berichten. Hierdoor kunnen succesvolle hybride zorgpaden eenvoudig in heel Nederland worden toegepast.

De eerste hybride zorgpaden die beschikbaar zijn in de BeterDichtbij Academie, zijn zonneschade dermatologie, neusingrepen KNO en sterilisatie urologie. De komende tijd wordt dit nog veel verder uitgebreid met zorgpaden vanuit afdelingen in ziekenhuizen en revalidatiecentra. De input komt uit de praktijk en wordt in compacte sets bij elkaar gebracht door het BeterDichtbij team. Het zorgpad, de opbrengsten en de achtergrondinformatie over hoe ze tot stand zijn gekomen, zijn vrij beschikbaar op de BeterDichtbij website. Met bijbehorende digitale berichten, kunnen professionals in heel Nederland de zorgpaden direct in BeterDichtbij inrichten en in hun eigen praktijk brengen, deze zijn beschikbaar gesteld in de BeterDichtbij klantomgeving.

Deze aanpak biedt veel voordelen voor zowel zorgprofessionals als patiënten. Standaard herhaalconsulten kunnen hiermee bijvoorbeeld vervangen worden door digitaal contact, via een aantal korte berichten en in sommige gevallen beeldbellen. Dankzij de uitgebreide contentbibliotheek in BeterDichtbij, met onder meer integraties met Indiveo, de patiëntportalen en gezondheidsinformatie van Thuisarts.nl, Apotheek.nl en kanker.nl, worden patiënten op het juiste moment van de juiste informatie voorzien. Is thuismonitoring waardevol, dan kan de patiënt geactiveerd worden via BeterDichtbij om metingen door te geven in bijvoorbeeld de Luscii- of Patient Journey App.

De communicatie wordt gestroomlijnd, het aantal telefoontjes flink verminderd doordat patiënten goed geïnformeerd zijn terwijl de bereikbaarheid van de afdeling verbetert. “Zorgprofessionals ervaren zo meer rust en overzicht in hun werk, omdat werken via BeterDichtbij zo gebruikersvriendelijk is. Artsen, paramedici en verpleegkundigen geven aan dat ze zo effectiever kunnen werken, en hun expertise nog beter kunnen inzetten, Een win-win voor patiënten en de zorg” aldus Zonja de Klein.

vrijdag 16 mei 2025

Meer ruimte voor digitale zorg, gebruik stijgt licht

Zorgverleners en zorggebruikers maken iets vaker gebruik van digitale middelen. Ook zijn zij iets positiever over de impact van digitale zorg. Dat blijkt uit de Monitor Digitale Zorg 2024 van het RIVM, Nivel en National eHealth Living Lab (NeLL). Sommige toepassingen worden veel gebruikt, zoals het patiëntportaal of digitale schriftelijke communicatie, maar andere middelen nog weinig. Beide groepen zien over het algemeen wel ruimte om zorg nog vaker (deels) digitaal aan te bieden.

De onderzoekers bevelen aan om onderzoek te doen naar manieren om meer zorg te digitaliseren en bestaande digitale zorg vaker in te zetten. Het is belangrijk om zorgverleners en zorggebruikers hierbij te betrekken. Op die manier kunnen ervaringen vanuit verschillende perspectieven worden meegenomen.

Sommige groepen, zoals ouderen en mensen met basisonderwijs of vmbo, maken nog steeds minder gebruik van digitale zorg. Het gaat dan bijvoorbeeld om websites en apps om gezondheidsinformatie op te zoeken. Ook zijn deze groepen minder positief over digitale zorg. Om de toegankelijkheid van de zorg voor iedereen te garanderen, is het belangrijk om deze groepen voldoende te ondersteunen bij het gebruik van digitale zorg. Dit kan bijvoorbeeld door het aanbieden van trainingen.

Het gebruik van sommige digitale middelen blijft laag of neemt iets af. Zo blijft het gebruik van digitale behandelingen voor obesitas of depressie relatief laag. Dit is opvallend, omdat het gebruik hiervan de afgelopen jaren werd aangemoedigd. Mogelijk kan betere communicatie over de voordelen hierbij helpen. Wel geven veel zorggebruikers aan dat digitale zorg leidt tot onvoldoende persoonlijk contact. Ook hebben zij zorgen over hun privacy. Het is daarom zinvol om te onderzoeken hoe digitale zorg persoonlijker kan. Ook kan open zijn over gegevensuitwisseling en beveiliging helpen om het vertrouwen te vergroten.

donderdag 15 mei 2025

Apple werkt aan hersenimplantaatbesturing voor iPhone, iPad en Vision Pro

Apple ontwikkelt ondersteuning voor besturing van iPhones, iPads en de Vision Pro met behulp van hersenimplantaten. Het bedrijf introduceert hiervoor een nieuw communicatieprotocol dat samenwerkt met zogeheten Brain-Computer Interfaces (BCI’s). Deze technologie is met name bedoeld voor mensen met ernstige motorische beperkingen.

Met een BCI kunnen hersensignalen worden omgezet in commando’s om Apple-apparaten aan te sturen — volledig zonder fysieke beweging. Eén van de eerste bedrijven die met Apple’s nieuwe protocol gaat werken, is het Amerikaanse Synchron. Dit bedrijf ontwikkelde een implantaat dat via de bloedvaten bij de hersenen wordt geplaatst. In tegenstelling tot veel andere BCI-systemen is er geen hersenoperatie nodig om het implantaat in te brengen.

In gesprek met The Wall Street Journal vertelt een ALS-patiënt uit de VS hoe hij zijn Apple-apparaten bedient met behulp van een Synchron-implantaat. Hij beschrijft de ervaring alsof hij een virtuele joystick gebruikt om iconen te selecteren en menu’s te bedienen. De snelheid en flexibiliteit zijn nog niet vergelijkbaar met die van een muis of handgebaren, maar het systeem stelt hem in staat om zelfstandig te navigeren op zijn iPhone en iPad.

Apple geeft aan het nieuwe BCI-protocol later dit jaar ook beschikbaar te willen stellen voor andere ontwikkelaars, zodat meerdere partijen toepassingen kunnen bouwen op basis van deze technologie. Het initiatief onderstreept Apple’s bredere inzet op toegankelijkheid en innovatieve gebruikersinteractie.

woensdag 14 mei 2025

AI-model voorspelt risico op infecties bij pas geopereerde patiënten

Een nieuw AI-model kan straks het risico op infecties bij pas geopereerde patiënten voorspellen. Zorgverleners kunnen hierdoor tijdig maatregelen nemen en complicaties eerder opsporen. De bedoeling is om het model binnenkort als standaard hulpmiddel te gebruiken in het LUMC.

De AI-toepassing (genaamd PERISCOPE) voorspelt het risico op infecties binnen zeven en dertig dagen na de operatie. De voorspeller is mede ontwikkeld en getest door promotieonderzoeker Siri van der Meijden. Ook onderzocht zij de stappen die nodig zijn om het model naar de praktijk te brengen. Op 6 mei promoveert ze op haar onderzoek.

Het idee voor de AI-voorspeller is ontstaan uit de behoefte van chirurgen om beter te kunnen voorspellen welke patiënten na een operatie een infectie krijgen en welke niet. Nu krijgt vijf tot twintig procent van de geopereerde patiënten te maken met zo’n infectie. In ongeveer de helft van de gevallen gaat het om wondinfecties. Daarnaast gaat het om longinfecties, urineweginfecties en in zeldzame gevallen bloedweginfecties (sepsis). De infecties houden patiënten langer in het ziekenhuis of leiden tot heropnames. Soms hebben patiënten hierdoor meerdere behandelingen nodig.

Om het AI-model te voeden, gebruikten Van der Meijden en haar team bijna tien jaar aan historische patiëntgegevens uit het elektronisch patiëntendossier (EPD). Die gegevens zijn gepseudonimiseerd, wat inhoudt dat onderzoekers de data niet kunnen herleiden naar patiënten. ‘Vervolgens keken we naar verschillende factoren. Bijvoorbeeld of een patiënt in het verleden een infectie heeft gehad. Of dat die een andere aandoening heeft zoals diabetes (comorbiditeit). En dan zijn er nog belangrijke factoren als: hartslag, gewicht, bloeddruk en dat soort zaken. Al deze informatie hebben we gekoppeld aan het feit of een patiënt uiteindelijk wel of geen infectie had gekregen. Daarna is de machine gaan leren.’

Vervolgens is het model uitgebreid getest op meer dan 250.000 historische ingrepen in drie ziekenhuizen: het LUMC, het Radboudumc en het Ziekenhuis Oost-Limburg in Genk (België).

Specialisten, artsen (in opleiding) en verpleegkundigen van de chirurgische afdelingen, zoals de heelkunde, orthopedie en neurochirurgie, gaan werken met de AI-voorspeller. Op een computerscherm krijgen zij het infectierisico van een patiënt te zien uitgedrukt in een percentage en een categorie: laag, medium of hoog. Op dit dashboard staan ook relevante patiëntgegevens uit het EPD. Zo staat alle informatie bij elkaar en hoeven zorgverleners niet meer een heel patiëntendossier door te bladeren om te beoordelen of een patiënt een infectie aan het ontwikkelen is. ‘PERISCOPE is daarmee niet alleen tijdbesparend, maar het helpt artsen ook beter inschatten welke patiënten in aanmerking komen voor ontslag en welke niet, en welke patiënten ze later nog eens extra moeten zien op de poli bijvoorbeeld. We zullen ook trainingen gaan geven op afdelingen om goed met de tool te leren werken.’

maandag 12 mei 2025

Ruime meerderheid ouderen ziet voordelen van digitale zorg, maar verdwaalt in app-oerwoud

Een meerderheid van 61 procent van de ouderen ziet de voordelen van digitalisering in de zorg. Dit blijkt uit onderzoek van SeniorWeb onder bijna 700 leden van 65 jaar en ouder. Belangrijke kanttekening daarbij is wel dat een grote meerderheid nog steeds voorkeur geeft aan telefonisch contact. Ook laten veel senioren weten dat zij vastlopen in de grote hoeveelheid apps en portals.
 
Opvallend is wel dat hoe hoger de leeftijd, des te meer moeite men met de digitalisering in de zorg heeft. 21 procent van de respondenten geeft zelfs aan wel eens een vraag aan een zorgverlener uitgesteld te hebben omdat het digitaal moest. Daniël de Levita, directeur-bestuurder van SeniorWeb, noemt de uitkomst verrassend: ‘We hadden verwacht dat méér mensen moeite zouden hebben met online contact met hun zorgverlener. Dat een meerderheid van de ouderen de voordelen ervan inziet is positief.’
 
Hoewel 71 procent van de leden wel eens digitaal een afspraak maakt met een zorgverlener, heeft de meerderheid (62 procent) liever telefonisch contact. ‘Ik heb ooit online een afspraak bij de huisarts proberen te maken, maar het klopte steeds niet. Vandaar dat ik bel, dat is vlugger en persoonlijker,’ aldus een van de respondenten. Slechts een op de vijf ondervraagden heeft voorkeur voor contact via de website, app of online portal.
 
Twee derde van de respondenten gebruikt apps van zorgverleners en -verzekeraars. 65 procent van de respondenten ervaart een declaratie online indienen als (heel) makkelijk. Ook herhaalrecepten worden veelvuldig aangevraagd via een app. Toch blijkt dat veel van de respondenten moeite hebben met het grote aantal apps en systemen. ‘Het is nu nog een groot bos met allemaal verschillende bomen, die niet echt met elkaar in contact lijken te staan’, laat een van de respondenten weten.
 
De Levita roept zorgverleners dan ook op om hun digitale systemen te stroomlijnen: ‘Senioren lopen vast in het oerwoud van de vele apps en portals. Maak het eenvoudig en toegankelijk. En blijf ook telefonisch bereikbaar. Dan krijg je de meeste senioren heus wel mee in de digitalisering!  En SeniorWeb kan hierbij uitstekend helpen.’

donderdag 1 mei 2025

Deep Sleep Technologies voert slaaponderzoek uit met nieuwe vorm van neurostimulatie technologie

Ondernemer Michiel Verstraten nam vannacht deel aan het slaaponderzoek van Deep Sleep Technologies, waarbij een nieuwe vorm van neurostimulatie technologie werd gebruikt. Het onderzoek vond plaats in het Sleep & Memory Lab van de Universiteit van Amsterdam, dat gespecialiseerd is in de wisselwerking tussen slaap, geheugen en cognitieve prestaties. Draagbare elektro-encefalogram (EEG)-apparatuur werd ingezet, een techniek die via elektroden op het hoofd hersenactiviteit meet, ook wel bekend als een ‘hersenfilmpje’. Met het onderzoek zet Deep Sleep Technologies een stap richting integratie met bestaande wearables voor thuisgebruik.

Slaapproblemen zijn wereldwijd een groeiend probleem. Meer dan een derde van de bevolking kampt met slaapverstoring, wat de kans vergroot op gezondheidsproblemen zoals: cognitieve achteruitgang, cardiovasculaire aandoeningen, verhoogde stress en mentale problemen.

Dit specifieke onderzoek valideert of de neurostimulatie technologie goed werkt in combinatie met EEG-wearables. Zulke systemen gebruiken andere én vaak minder elektroden dan traditionele labapparatuur. Dat maakt ze comfortabeler om thuis mee te slapen, maar het kan de kwaliteit van het signaal beïnvloeden. Juist daarom is het belangrijk om te testen of neurostimulatie onder die omstandigheden nog steeds betrouwbaar werkt.

Verstraten werd geselecteerd als een van de ideale kandidaten voor het onderzoek. “Ik heb een vast slaapritme, slaap goed door en heb geen gehoorproblemen”, zegt Michiel Verstraten, oprichter en eigenaar van YouLynq.me. “Precies een deelnemer die ze nodig hebben om de technologie zuiver te testen.”  Bij gezonde slapers kan het effect van de technologie nauwkeurig worden gemeten zonder verstorende factoren. Omdat de meting maar één nacht duurt, is het belangrijk dat andere factoren, zoals slapeloosheid of aandoeningen, geen invloed hebben. Tegelijkertijd onderzoekt Deep Sleep Technologies ook het effect bij mensen met slaapproblemen. Beide groepen zijn daarmee belangrijk voor het onderzoek.

De deelname van Verstraten past bij de bewuste keuzes die hij de afgelopen jaren heeft gemaakt. “Sinds ik vijf jaar geleden ben gestopt met drinken en roken, voel ik me structureel fitter en helderder. Ik probeer steeds gezonder te leven en slapen speelt daar een grote rol in. Een goede nachtrust is voor mij de basis. Als ik goed slaap, ben ik scherper, energieker en zie ik sneller kansen. Uit de resultaten bleek dat ik me veertig procent van de tijd in diepe slaap bevond, een percentage dat je eerder bij twintigers ziet. Niet verkeerd voor iemand van eind dertig. Het was bijzonder om te zien hoe mijn hersenactiviteit werd gevolgd en op het juiste moment subtiel werd gestimuleerd,” zegt Verstraten. “Het laat zien dat de technologie ook effectief kan zijn bij gezonde slapers.”

Tijdens de nacht werd Verstraten aangesloten op verschillende meetinstrumenten, waaronder een EEG-badmuts, oog- en spierelektroden en een draagbare EEG-hoofdband. Deze hoofdband bevat sensoren die hersenactiviteit meten en gekoppeld zijn aan een computer met speciale software. Dr. Talamini: “Op basis van data voorspelt het systeem het beste moment om een zachte geluidsprikkel te geven. Door hersenactiviteit nauwkeurig te meten en op het juiste moment te stimuleren, helpt de technologie het lichaam om dieper en rustiger te slapen.”